15 Beloning De vorig jaar uitgesproken verwachting dat de met de ambtenarenorganisa- ties overeengekomen herziene procedureregeling functiewaardering zou leiden tot een versnelling van het functiewaarderingsproces, lijkt be waarheid te worden. De zogenaamde inhaaloperatie functiewaardering die 200 functies betrof is, op de afdeling Financiën na, binnen een jaar afgerond. In het verleden was met een dergelijk aantal een periode van 3 jaar gemoeid en waren globaal tweemaal zoveel functie-analisten daar voor nodig. Een eerste ontwerp-nota over de vorig jaar aangekondigde flexibilisering van de beloning op grond van het functioneren van ambtenaren in schaal 5 en hoger, hebben wij inmiddels behandeld. Op grond van onze eerste be vindingen en die van de Stuurgroep ManagementbegeleidingOrganisatie ontwikkeling en Informatievoorziening (HOI), alsmede de uitkomsten van een technisch overleg met de bestuurders van de in de Commissie voor Georganiseerd Overleg vertegenwoordigde ambtenarenorganisatiesis de nota herzien. In de herziene versie wordt met name meer de nadruk gelegd op aspecten van het begeleiden van het functioneren van medewerk(sters door het management (functioneringsgesprekken) en op beoordeling van het functio neren op momenten dat er aanleiding is voor een beheersbeslissing op het gebied van bijvoorbeeld beloning, opleiding en functiewisseling. Boven dien is het uitgangspunt dat meer gewerkt wordt met tijdelijke vormen van extra beloning en minder met min of meer structurele vormen van extra beloning. De nota is onlangs aan de orde gesteld in de Commissie voor het GO en de Raadscommissie OPI Herplaatsing ambtenaren. Het herplaatsingsbeleid staat in toenemende mate onder druk. Het aantal nog te herplaatsen ambtenaren bedroeg per 1 juni 1988 in totaal 12. In verband met dit relatief grote aantal zijn wij genoodzaakt over te gaan tot het samenstellen van een zogenaamde herplaatsingslijst. Alhoewel de nog te herplaatsen ambtenaren belast zijn met zeer zinvolle en zelfs noodzakelijke werkzaamheden en een groot aantal nog hun oor spronkelijke functie vervult, betekent dit dat nog niet in de volle omvang aan de taakstelling van reorganisaties of herwaardering kan wor den voldaan. De in het kader van dit beleidsplan aangekondigde noodzaak tot een nieuwe herwaarderingsoperatie kan de herplaatsingsproblematiek alleen vergroten. Daarnaast zal het gestarte organisatieveranderingsproces ongetwijfeld een (nog onbekend) aantal herplaatsingskandidaten opleve ren. Gezocht wordt naar mogelijkheden om het herplaatsingsbeleid te intensiveren dan wel het aantal te herplaatsen kandidaten op andere wijze te verminderen. Een en ander binnen de randvoorwaarde uit ons collegeprogramma dat er ten gevolge van het een en ander geen gedwongen ontslagen zullen plaatsvinden. Emancipatie In het kader van de bestrijding van het verloop onder met name vrouwen, hebben wij ondanks onze sombere verwachtingen van vorig jaar met be trekking tot de bij de Stichting Kinderopvang voor Bedrijven en Instel lingen beschikbare plaatsingsruimte, toch een viertal (40 dagdelen) 16 zogenaamde 'kindplaatsen' voor gemeentelijk en onderwijzend personeel kunnen kopen. Er is thans reeds sprake van een wachtlijst. De vorig jaar aangekondigde uitbreiding van de minimale termijn van het (flexibele) zwangerschaps- en bevallingsverlof te zamen van 12 naar 14 weken is gerealiseerd, evenals de nieuwe uitbreiding van 14 naar 16 weken. Onze beleidsvoornemens uit de Nota Werving en Selectie betreffende vrou wen en etnische minderheden, zijn inmiddels ingevoerd. In het kader van het Vrouwenwerkplan hebben wij met instemming van de Commissie voor Emancipatie-aangelegenheden, beperkte aanvullende midde len beschikbaar gesteld voor het aanstellen van een tweetal vrouwelijke junior personeelsconsulenten voor 32 uur. Beide vrouwen zullen de komen de 2 jaar de gelegenheid krijgen om door middel van praktijkervaring en opleiding zich te ontwikkelen tot volwaardige personeelsconsulenten. Vacaturecommissie Voor de taak van de Vacaturecommissie verwijzen wij naar hetgeen in het Beleidsplan 1985-1989 staat vermeld. Eveneens hebben wij toen meegedeeld niet langer met een uitgebreid eva luatieverslag van de Vacaturecommissie te komen, maar ons veeleer te beperken tot een korte impressie van de werkzaamheden. In onderstaand overzicht treft U deze beschrijving aan. In de periode juli 1987 tot en met juni 1988 heeft de Vacaturecom missie 38 vacatures behandeld (exclusief 2e aanmelding op basis van de termijnkalender). Dit zijn ongeveer 402 minder vacatures ter behandeling dan in de voorafgaande periode. De indruk bestaat dat vacatures om diverse redenen (reorganisatie, etc.) (nog) niet aan gemeld worden bij de Vacaturecommissie. Indertijd heeft U in het kader van de additionele herwaarderings operatie 1987-1991 tot een restrictief beleid met betrekking tot vacaturevervulling besloten i.e. slechts 251 van het totale aantal onrendabele vacatures mag onmiddellijk vervuld worden en de overige 75Z van het totale aantal onrendabele vacatures mag niet eerder dan een jaar na ontstaan vervuld worden, hetgeen ten opzichte van de normale gemiddelde periode een extra vertraging van 8 maanden im pliceert. Evenals bij de voorbereiding van het vorige beleidsplan is ook nu weer gebleken, dat genoemde taakstelling moeilijk haalbaar is. Dit ondanks het feit, dat er bij de besluitvorming met betrekking tot de vaststelling van het Beleidsplan 1988-1992 een bijstelling van de taakstelling heeft plaatsgevonden: 50Z van de onrendabele vaca tures mag direct vervuld worden en de overige 502 wordt met 8 maan den aangehouden. Daarnaast is het in uitzonderlijke gevallen moge lijk om vacatures die reeds een keer met 8 maanden zijn aangehou den, nog eens met 8 maanden aan te houden. In de praktijk is gebleken dat de Vacaturecommissie bij circa 60Z van de onrendabele vacaturemeldingen tot vacaturevervulling moest besluiten, ten einde te voorkomen, dat de voortgang van noodzake lijke en/of wettelijke werkzaamheden niet uitgevoerd zouden kunnen worden. De vacatures die aangehouden zijn, liggen in het algemeen in de beleidsmatige en niet-direct operationele sfeer. Met het oog op bovenstaande is voor 1988 de taakstelling reeds van 8 ton teruggebracht naar 7 ton. Dit betekent dat voor 1989 de opge-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1988 | | pagina 455