27
Hoofdfunctie 3. ECONOMISCHE ZAKEN.
Versterking en uitbouw van de centrumpositie van Leeuwarden.
Ontwikkelingen en activiteiten.
Op 17 maart 1988 is het rapport "Vierde Nota over de Ruimtelijke Orde
ning" verschenen. In hoofdfunctie 8, Ruimtelijke Ordening en Volkshuis
vesting, hebben wij ten aanzien van de ruimtelijke ontwikkeling van het
noorden een uiteenzetting gegeven omtrent de Vierde Nota en onze reactie
daarop.
Hoewel het voorlopige regeringsstandpunt aangaande de "Vierde Nota over
de Ruimtelijke Ordening" op dit moment niet in overeenstemming is met
onze visie op de positie van Leeuwarden in noord-Nederland, belemmert
dat vooralsnog ons beleid gericht op versterking van de centrumpositie
van Leeuwarden niet. Immers ook in de Vierde Nota wordt expliciet ge
steld dat het tot nu toe gevoerde beleid met betrekking tot de stadsge
westen onverkort van kracht blijft.
Voor de invulling van het stadsgewest Leeuwarden, is in 1987 een rapport
in discussie gebracht, waarin de eerste aanzet tot die nadere invulling
was gegeven. Naar aanleiding van verschillende reacties is in mei 1988
een aangepaste versie uitgebracht. Hierover heeft overleg plaatsgevon
den met de betrokken gemeenten en tevens in de Commissie R.O.V. van de
Regio. Het rapport zal door ons worden ingebracht als het Leeuwarder
standpunt in de door de provincie in het leven geroepen stuurgroep
Stadsgewest Leeuwarden. Deze stuurgroep, waarin naast de provincie en de
gemeente Leeuwarden ook vertegenwoordigers van de andere betrokken ge
meenten en de Rijksinspecteur Ruimtelijke Ordening zitting hebben, zal
worden belast met het opstellen van een voorstel tot een ruimtelijke-
economische structuurvisie stadsgewest Leeuwarden. Naar verwachting zal
de stuurgroep haar werkzaamheden medio 1989 hebben afgerond.
Los van deze structuurvisie streven wij ernaar om op basis van investe
ringsplannen te komen tot meerjarige overeenkomsten met de rijksover
heid. Daarin zullen op basis van een gezamenlijke verantwoordelijkheid
de participanten zich moeten committeren meerjarige inspanningen te
leveren ten behoeve van de ontwikkeling van het stadsgewest Leeuwarden.
Een en ander heeft reeds gestalte gekregen in het zogenaamde Investe
ringsplan Infrastructurele voorzieningen. In het kader van het ISP-be-
raad tussen de Bestuurscommissie Noorden des Lands (BCN) en het kabinet
is op 4 mei 1988 overeenstemming over de financiering van het belang
rijkste deel van dit investeringsplan (voor een bedrag van 57.7 mil
joen)
Het plan voorziet onder meer in de ingrijpende reconstructie van het
Stationsgebied, waarbij tevens de verplaatsing van een tweetal busstati
ons aan de orde is, in de aanleg van een zestal parkeervoorzieningen
verspreid over het kantorengebied en de binnenstad, in de reconstructie
van grote delen van de stedelijke rondweg, en in de realisering van op
het industriële bedrijfsleven toegespitste infrastructurele voorzienin
gen, zoals bijvoorbeeld een zwaaikom nabij de Schilkampen en de verbin
dingsweg Hemrik-CamminghaburenAan de opstelling van een Investerings
plan Recreatieve Voorzieningen wordt thans, gezamenlijk met de provin
cie, Staatsbosbeheer en de directie Openluchtrecreatie van het departe
ment van Landbouw en Visserij gewerkt, waarbij een aantal hoofdonderde
len reeds concrete vormen aanneemt. Genoemd kunnen worden: de aanleg van