Nr. 2574.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 23 februari
1989 (bijlage nr. 56);
BESLUIT:
de door de bewoners en bedrijven van de Huizumerlaan nrs. 121 tot en met
155 (oneven zijde) gedane schenking van 2.100,onder dankzegging te
aanvaarden en deze aan te wenden als bijdrage in de kosten van het plan
ten van een negental linden langs de Huizumerlaan.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Voorbereidingsbesluit ex artikel 21 van de Wet op de ruimtelijke orde
ning voor een perceel grond aan de Bilderdijkstraat (westzijde) hoek
Harlingerstraatweg te Leeuwarden.
Bijlage nr. 57. Leeuwarden, 23 februari 1989.
Aan de Gemeenteraad.
Frion BV te Leeuwarden heeft een verzoek om vergunning ingediend
voor het bouwen van vier woningen op een terrein gelegen tussen de Bil
derdi jkstraatde Harlingerstraatweg e.n de spoorlijn Leeuwarden-Stiens
Het gaat hierbij om twee blokjes van twee woningen onder één kap met
garages. Het bouwplan is in strijd met het ter plaatse geldende bestem
mingsplan Uitbreidingsplan voor het terrein ten zuiden van de Harlinger
straatweg en ten oosten van de spoorweg Leeuwarden-Stiens. De afwijkin
gen hebben betrekking op de voorgeschreven hoogte van de dakgoot, het
feit dat de bebouwing niet aan de Harlingerstraatweg is gesitueerd en de
situering van de garages. Uit stedebouwkundige overwegingen bestaan er
evenwel geen bezwaren tegen het bouwplan. Gelet op de ligging van het
terrein tegen de spoorlijn aan, alsmede gelet op de omgeving is een
oriëntering van de woningen aan de Bilderdijkstraat stedebouwkundig
aanvaardbaar. Aan het bouwplan kan slechts medewerking worden verleend
indien voor het betrokken perceel een voorbereidingsbesluit wordt geno
men. Een dergelijk besluit biedt de grondslag om vrijstelling te verle
nen van het geldende bestemmingsplan. Na ontvangst van een daartoe
strekkende verklaring van geen bezwaar van Gedeputeerde Staten kan met
terdaad vrijstelling worden verleend van het geldende bestemmingsplan en
tot vergunningverlening worden besloten.
Mede gelet op de omvang van het bouwplan en het feit dat o.a. wat
betreft de situering het nodige overleg heeft plaatsgevonden, achten wij
het verantwoord de behandeling van het vrijstellingsverzoek over te
laten aan ons college. Wij stellen U voor daartoe te besluiten.
Onder mededeling, dat de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening en
Volkshuisvesting U in haar op 21 februari 1989 gehouden vergadering
heeft geadviseerd met het vorenstaande in te stemmen, stellen wij U voor
te besluiten overeenkomstig het bijgevoegd ontwerp-besluit
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
mr. G.J. te Loo Burgemeester.
mr. W.L. van Harinxma
thoe Slooten loco-Secretaris.