2
van de binnengekomen bezwaren en opmerkingen is een reactienota
opgesteld, die heeft geleid tot enige wijzigingen in het oorspron
kelijke voorstel.
Van de zijde van de heer Steerenberg is geen reactie ontvangen.
Vervolgens heeft de Raad ingestemd met het voorstel het lijnennet
te wijzigen.
Het raadsbesluit dient te worden aangemerkt als een besluit van
algemene strekking en heeft derhalve geen individuele rechtsgevol
gen.
Reclamant dient daarom in zijn bezwaarschrift niet-ontvankelijk te
worden verklaard.
Desondanks is ook inhoudelijk op het bezwaarschrift ingegaan en
wordt erkend dat de situatie ter plaatse verbetering behoeft.
Er vindt thans een onderzoek en overleg plaats om het asfalteren
van het genoemde gedeelte van de Harlingerstraatweg in de planning
van de stelpost civieltechnische werken op te nemen.
De hinder die reclamant nu ondervindt wordt door de wijziging van
het lijnennet niet vergroot, omdat de bussen ter hoogte van het
pand Engelsestraat 1 een dermate lage snelheid zullen hebben dat
deze weinig trillingshinder zullen veroorzaken.
4. Terinzagelegging en de hoorzitting.
De op deze zaak betrekking hebbende stukken hebben van 7 tot 14 maart
1989 ter inzage gelegen op de gemeentesecretarie.
De heer Steerenberg heeft op 13 maart 1989 van de gelegenheid tot inzage
gebruik gemaakt.
Reclamant en Burgemeester en Wethouders zijn in de gelegenheid gesteld
hun standpunten mondeling toe te lichten in de hoorzitting van de Raads-
adviescommissie voor de beroep- en bezwaarschriften op 30 maart 1989 om
16.30 ter gemeentesecretarie.
Op de hoorzitting zijn geen nieuwe elementen naar voren gekomen.
5. Overwegingen en advies van de Raadsadviescommissie voor de beroep- en
bezwaarschriften.
De Commissie overweegt dat het raadsbesluit van 14 november 1988 tot
instemming met de voorgenomen wijziging van het lijnennet een besluit is
van algemene strekking. Tegen een dergelijk besluit staat ingevolge
artikel 2, tweede lid, sub a van de Wet administratieve rechtspraak
overheidsbeschikkingen geen beroep open.
Om deze reden dient de heer Steerenberg in zijn bezwaarschrift niet
ontvankelijk te worden verklaard.
De Commissie merkt hierbij nog op dat Burgemeester en Wethouders inge
volge artikel 14 van de Wet personenvervoer de dienstregeling voor het
lokale busvervoer dienen vast te stellen. Ingevolge artikel 67 van de
eerdergenoemde wet is tegen dit besluit tot vaststelling van de dienst
regeling voor belanghebbenden beroep mogelijk bij de gemeenteraad, ui
terlijk één maand na de inwerkingtreding van de dienstregeling. De heer
Steerenberg heeft derhalve nog een mogelijkheid tegen de dienstregeling
een beroepschrift in te dienen, waarbij hij in ieder geval ontvankelijk
is en derhalve op zijn inhoudelijke bezwaren kan worden ingegaan.
De commissie adviseert de Raad op grond van het vorenstaande de heer
Steerenberg in zijn bezwaarschrift niet-ontvankelijk te verklaren en te
besluiten conform bijgevoegd concept-besluit.
Voorzitter, Secretaris,
w.g. (mevr. mr. E.N.J.Boes-Smit)
w.g. (mevr. mr. W.A.Visser)