m
Gemeenschappelijke regeling "Bestuursacademie Noord-Nederland".
Bijlage nr. 144. Leeuwarden, 15 juni 1989.
Aan de Gemeenteraad.
In verband met de vestiging in 1986 van het Samenwerkingsverband
Noordelijke Bestuursscholen is een groeiproces op gang gebracht. Dit
proces heeft in korte tijd het ontstaan bewerkt van een grotere materi
ele eenheid in het bestuursdienstonderwijs voor het Noorden van het
land. Bovendien heeft het bij de deelnemers en hun achterban in steeds
sterker wordende mate het besef gewekt dat een algehele samensmelting
van de drie Noordelijke bestuursscholen is geboden om het behoud en de
adequate ontwikkeling van dat onderwijs te waarborgen. De notitie waarin
de hoofdlijnen van het bestaande beleid voor het bestuursdienstonderwijs
is verwoord alsmede een overzicht van de financiële consequenties van de
samensmelting liggen voor U bij de stukken ter inzage.
De realisering van de samensmelting hangt ten nauwste samen met de
opheffing van bestaande gemeenschappelijke regelingen inzake het be
stuursdienstonderwi js en de ontbinding van de daarbij gevormde openbare
lichamen. Voor Leeuwarden gaat het daarbij om de "Bestuursschool Fries
land". De opheffing van de gemeenschappelijke regeling "Bestuursschool
Friesland" kan, op grond van artikel 107 van de Wet gemeenschappelijke
regelingen, geschieden door het algemeen bestuur. Dit kan daartoe echter
niet overgaan dan nadat de raden van de aangesloten gemeenten zijn ge
hoord
De opheffing van de gemeenschappelijke regeling "Samenwerkingsver
band Noordelijke Bestuursscholen" geschiedt bij gemeenschappelijk be
sluit van de Algemene Besturen van de drie bestuursscholen en de raad
van de gemeente Groningen. Uw raad hoeft ter zake geen besluit te nemen.
Het besluit tot het treffen van een nieuwe gemeenschappelijke rege
ling "Bestuursacademie Noord-Nederland" dient door Uw raad te worden
genomen. De ontwerp-regeling van het dagelijks bestuur van het Samenwer
kingsverband Noordelijke Bestuursscholen ligt voor U bij de stukken ter
inzage. Hoewel wij op zich geen bezwaren hebben tegen toetreding tot de
nieuwe gemeenschappelijke regeling zijn wij wel van mening dat indien in
de toekomst mocht blijken dat de in Leeuwarden gevestigde bestuursschool
zou verdwijnen, de gemeente Leeuwarden de vrijheid moet hebben om, zon
der financiële of andere gevolgen, uit de regeling te kunnen treden.
Voor het overige geeft de ontwerp-regeling geen aanleiding tot het maken
van opmerkingen.