2
Financiële aspecten.
Zoals reeds opgemerkt, is op basis van het definitieve ontwerp een kos
tenraming gemaakt. Hierbij zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd:
zoveel mogelijk hergebruik van bestaand bestratingsmateriaal;
geen muur, vlaggemasten, banken en overig straatmeubilair op het
plein gerekend;
bouwkundige voorzieningen zijn buiten beschouwing gelaten;
7,5Z onvoorzien in de ramingen.
De globale kostenraming voor de eerste fase (het gehele ontwerp met
uitzondering van de gebouwtjes op het plein) met inbegrip van openbare
verlichting en BTW, is als volgt:
a. herinrichten Wilhelminaplein/Ruiterskwartier
b. podium
c. verhardingen rond het pleinafsluitend gebouw
d. Zaailand (tussen pleinafsluitend gebouw en
het Beursgebouw) en busbaan
Totaal
1.585.500,--
300.000,--
235.000,--
f 423.000.--
2.543.500,--
Ten behoeve van de herinrichting van het Wilhelminaplein hebt U in
Uw vergaderingen van 25 januari 1988 en 13 februari 1989 reeds de nodige
kredieten beschikbaar gesteld, namelijk respectievelijk 120.000,
(voorbereidingskosten) en 886.500,(Verdeelbesluit stadsvernieu
wing). Bij laatstgenoemd besluit hebt U voorts een krediet beschikbaar
gesteld voor het herstratingsplan van het winkelgebied in de binnenstad.
Bij de technische voorbereiding van dit plan is gebleken, dat slechts op
beperkte schaal herstraat behoeft te worden, zodat van het oorspronke
lijk geraamde budget ca. 250.000,niet besteed zal worden. Gezien
de onderlinge samenhang, achten wij het verantwoord dat de kosten van de
verhardingen rond het pleinafsluitend gebouw worden gedekt uit het niet
benodigde deel van dit krediet. In verband met het vorenstaande dient
thans nog een krediet van 2.543.500,minus 1.256.500,is
1.287.000,-- beschikbaar te worden gesteld. Een bedrag van 40.000,--
kan ten laste worden gebracht van het Fonds voor StadsverfraaiingDe
jaarlijkse kapitaallasten van een deel van bedoelde investering, name
lijk 526.000,-- bedragen op basis van 7Z rente en 2,5Z afschrijving
49.970,-- en kunnen ten laste worden gebracht van de op de subfunctie
210.00 geraamde kapitaallasten voor de uitvoering van civieltechnische
werken. De rest van het krediet 1.287.000,minus 566.000,is
721.000, kan voor een bedrag van 472.000,ten laste worden
gebracht van de grondexploitatie van het plangebied "Sint Jacobs-
straat/Wirdumerdijk" In dit verband merken wij op, dat U in Uw vergade
ringen van 15 februari 1988 en 3 april 1989 kredieten beschikbaar heeft
gesteld ten behoeve van de fietsenkelder in het pleinafsluitend gebouw,
namelijk respectievelijk 156.000,liftinstallatie en 59.000,--
treffen van een aantal voorzieningen). Beide kredieten zijn voorshands
ten laste gebracht van de grondexploitatie van dit plangebied. Hierbij
is evenwel aangegeven, dat bij de bepaling van de met de toekomstige
exploitant van de fietsenkelder overeen te komen huurprijs rekening zal
worden gehouden met bedoelde investeringen. Uitgangspunt is dat deze
rendabel kunnen worden gemaakt, zodat de kredieten terug zullen vloeien
naar de grondexploitatie van genoemd plangebied. Binnenkort zullen wij U
hieromtrent een voorstel doen toekomen. Naar verwachting kan een bedrag
van 215.000,-- rendabel worden gemaakt uit de exploitatie van de fiet
senkelder (de kapitaallasten hiervan 20.425,--) kunnen worden gedekt
uit hogere huuropbrengsten).
3
Ten slotte merken wij in dit verband nog op, dat het restant van de
investering 721.000,-- minus 687.000,-- is 34.000,--) kan worden
gedekt in het kader van het overdragen van de Mercuriusfontein aan MAB
Projektontwikkeling BV. De Stichting VW-Friesland-Leeuwarden heeft, als
opvolger van de schenker, de Vereeniging tot Bevordering van Vreemdelin
genverkeer van Leeuwarden en Omstreken, in principe geen bezwaar tegen
de overdracht. De kapitaallasten 3.230,-- kunnen worden gedekt door
lagere exploitatielasten van de Mercuriusfontein.
Resumerend stellen wij U voor een (aanvullend) krediet beschikbaar
te stellen van 1.287.000,-- en ons college te machtigen tot daadwerke
lijke uitvoering van de werken en besteding (in gedeelten) van het kre
diet over te gaan, nadat de uitgewerkte plannen om advies zijn voorge
legd aan de Commissie voor Openbare Werken en Milieu. Gelet op het ka
rakter van de werken en de noodzakelijke fasering, is uitvoering van de
werkzaamheden alleen bij onderhandse aanbesteding mogelijk.
Zaailand en podium etc.
Destijds is ervan uitgegaan, dat de totale kosten van de herinrich
ting van het plein, inclusief een kunstobject, niet meer zouden bedragen
dan ruim 1,5 miljoen. Dit bedrag was toen namelijk beschikbaar (res
tant grondopbrengsten en stadsvernieuwingsmiddelen). Hierbij werd ge
dacht aan de herinrichting van het Wilhelminaplein/Ruiterskwartier en
een podium. Inmiddels is duidelijk geworden, dat - wanneer men het Wil
helminaplein op een aantrekkelijke en verantwoorde wijze opnieuw wil
inrichten - niet met dit bedrag zal kunnen worden volstaan. Overigens is
het ontwerp reeds zoveel mogelijk versoberd. Bij de opdrachtformulering
is er stilzwijgend van uitgegaan, dat het Zaailand en met name het bus
station, ongewijzigd zouden kunnen blijven. Tijdens het planproces is
echter geconcludeerd, dat de vermenging van fietsers en voetgangers op
het Ruiterskwartier tot onhoudbare situaties leidt en dat oplossingen
waarbij de voetgangersstromen en het fietsverkeer fysiek gescheiden
worden, een niet aanvaardbare aanslag op de schaal en inrichting van het
Ruiterskwartier zouden betekenen. Daarom is bij de uitwerking van het
schetsontwerp aan het architectenbureau als harde randvoorwaarde meege
geven, dat het fietsverkeer via het Zaailand moet worden geleid. Voor de
vormgeving van de inrichting heeft deze randvoorwaarde zonder meer een
positief effect gehad. De inrichtingskosten zijn hierdoor echter wel
gestegen.
In het schetsontwerp was door het architectenbureau een rond podi
um, voorzien van een tegeltableau, getekend. Dit podium had een tweele
dig doel:
een platform voor podiumkunsten;
afzwakking van de negatieve invloed van de in- en uitrit van de
parkeergarage
Wij zijn van mening, dat de aangegeven plek uitstekend is, maar dat
aan het podium meer aandacht moet worden besteed dan het architectenbu
reau in de ontwerpen aangeeft. Wij zijn ervan overtuigd, dat deze plek
op het Wilhelminaplein een uitgelezen lokatie is voor het stadspodium en
dat dit ook tot uitdrukking moet komen in de detaillering en uitstraling
van het podium. Het is duidelijk dat hiermee meer kosten zijn gemoeid
dan aanvankelijk was geraamd. In overleg met de werkgroep Beeldende
Kunst is besloten het podium als het ware uit het herinrichtingsplan van
het architectenbureau te lichten en voor het ontwerp van het podium een
vormgever uit te nodigen, waarvan wij de overtuiging hebben, dat deze in
staat is een podium te ontwerpen dat door zijn uitstraling tot een sym-