Raadsadviescommissie voor de beroep- en bezwaarschriften Advies inzake het bezwaarschrift van de heer mr. B.D. van Raay namens de heer J. Bakker te Leeuwarden tegen het voorbereidingsbesluit "Molenpad e.o." van 30 oktober 1989. Bijlage nr. 79. Leeuwarden, 30 januari 1990. Aan de Gemeenteraad. 1. INLEIDING In de raadsvergadering van 30 oktober 1989 heeft U besloten te verklaren dat een partiële herziening wordt voorbereid van het bestemmingsplan "Molenpad e.o." voor het perceel Molenpad 30 te Leeuwarden. Bij brief van 27 november 1989 heeft de heer mr. B.D. van Raay namens de heer J.Bakker, Molenpad 28 te Leeuwarden tegen dit besluit op grond van de Wet administratieve rechtspraak overheidsbeschikkingen een bezwaarschrift ingediend. Het bezwaarschrift is ingevolge artikel 2 van het Procedurereglement Raadsadviescommissie voor de beroep- en bezwaarschriften om advies in handen gesteld van de Raadsadviescommissie voor de beroep- en bezwaarschriften. 2. BEZWAARSCHRIFT Het bezwaarschrift komt, kort samengevat, op het navolgende neer: het Molenpad is een typische woonbuurt, waar geen bedrijven thuis horen. het bedrijf heeft de kantoorruimte niet nodig. de garages zijn niet geschikt om daarop een kantoor te bouwen. door de bouw van het kantoor vermindert de zonlichttoetreding, hetgeen ongewenst is. door het schuine dak van het kantoor veroorzaakt het regenwater overlast. 3. REACTIE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS Bij brief van 19 januari 1990 hebben Burgemeester en Wethouders op het bezwaarschrift gereageerd. Hun reactie komt, kort samengevat, op het volgende neer: Ter plaatse geldt het bestemmingsplan "Molenpad e.o.". De boxen zijn bestemd voor Autoboxen W(ab). De toegestane hoogte is 4 meter. De geplande bovenverdieping zal hoger uitvallen; derhalve is het bouwplan in strijd met het bestemmingsplan. Omdat de bedoelde uitbreiding van het bedrijf de enige mogelijkheid is om de administratieve werkzaamheden met het werk te combineren, is besloten medewerking te verlenen aan het plan. Een voorbereidingsbesluit is hiervoor noodzakelijk. Ten aanzien van het bouwplan zijn beperkende voorwaarden gesteld ten aanzien van de vorm van de kap en de totale hoogte om zo de lichttoetreding tot de percelen Molenpad 28 en 30 zo goed mogelijk te waarborgen. Met betrekking tot de gestelde overlast van het regenwater wordt verwezen naar de bouwteke ning. Het gebouw zal worden voorzien van dakgoten, zodat hiervan geen overlast te verwachten is. Nu er uit stedebouwkundig oogpunt tegen het bouwplan geen bezwaar is, de activiteiten van het bedrijf zodanig zijn dat er geen sprake is van een aantasting van het woongebied en de lichttoetreding bij de desbetreffende percelen voldoende blijft, is er geen sprake van een ontoelaatbare situatie en dient het voorbereidingsbesluit te worden gehandhaafd.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1990 | | pagina 148