Aanbieding rapport "Armoede uit de Stilte".
Bijlage nr. 91.
Leeuwarden, 22 maart 1990.
Aan de Gemeenteraad.
Bij brief van 8 november 1989 heeft de Onderzoekscommissie Armoedeproblematiek verslag
gedaan van haar bevindingen. Met de aanbieding van dit verslag getiteld "Armoede uit de Stilte" heeft
de onderzoekscommissie haar taakopdracht vervuld.
Volledigheidshalve zullen wij de achtergronden voor het instellen van de onderzoekscommissie in het
kort weergeven alvorens in te gaan op de bevindingen van de onderzoekscommissie.
1. VOORGESCHIEDENIS
Via landelijke gegevens is al enige jaren bekend dat de financiële positie van de minima is verslechterd.
Mede op basis van deze landelijke cijfers is er voor gekozen in het Collegeprogram 1986-1990 hoge
prioriteit toe te kennen aan het intensiveren en verder uitbreiden van het lokale minimabeleid.
Met name bij de PvdA-fractie bestond er een behoefte om meer dan tot nu toe mogelijk was op
onderzoeksgegevens gebaseerde uitspraken te doen omtrent de effecten van het landelijke inkomensbeleid
enerzijds en het gemeentelijk minimabeleid anderzijds. Dit ten einde het minimabeleid waar nodig en
mogelijk verder uit te breiden.
Bij de algemene beschouwingen met betrekking tot de gemeentebegroting 1988 annex het beleidsplan
1988-1992 heeft de PvdA-fractie ons dan ook door middel van het indienen van een motie uitgenodigd
een tijdelijke onderzoekscommissie in te stellen met als taak
de armoede in Leeuwarden zichtbaar te maken;
ideeën aan te dragen voor de (bestuurlijk-ambtelijke) Stuurgroep Minimabeleid voor het doen
van aanbevelingen om deze armoede te verzachten.
In onze vergadering van 23 februari 1988 hebben wij overeenkomstig de strekking van deze motie
besloten.
Tegemoetkomend aan de bij U levende behoefte om meer zicht en grip te krijgen op (de oplossing van)
het armoedeprobleem, hebben wij alle raadsfracties uitgenodigd uit hun midden één persoon aan te
dragen voor benoeming tot üd van de onderzoekscommissie.
Het heeft ons verheugd dat alle fracties uit Uw raad hierop met instemming hebben gereageerd.
Overeenkomstig de voordracht hebben wij de onderzoekscommissie als volgt samengesteld:
dhr. T. Herrema (PvdA), voorzitter;
dhr. B. Bilker (CDA);
dhr. J.A.H. Yestra (WD);
dhr. P. Meerdink (PAL);
dhr. G. Ybema (D'66);
dhr. P.R. Rozema (GPV/RPF/SGP).
Aan de onderzoekscommissie is mw. H.G.W. Welling als secretaris-onderzoeker toegevoegd.
2. OPZET EN INHOUD VAN HET RAPPORT
Het rapport van de onderzoekscommissie telt 6 hoofdstukken en drie bijlagen met de volgende titels.
Inleiding.
Het leven op het bestaansminimum.
Mate en omvang van armoede in Leeuwarden.
Het Leeuwarder minimabeleid.
Conclusies en aanbevelingen betreffende het minimabeleid.
Het gemeentelijk werkgelegenheidsbeleid.
