IP, IP IP: s T;> r] Q. IP AT IT' T T Overbruggingsregeling subsidiëring CAD 1990. Bijlage nr. 93. Leeuwarden, 22 maart 1990. Aan de Gemeenteraad. Bij de aanbieding van het Beleidsplan 1990-1994 hebben wij U in het deel dat handelt over de sector Volksgezondheid geïnformeerd over de ontwikkelingen die zich op landelijk niveau voordoen met betrekking tot de financiering van de verslaafdenzorg. De invoering van een Tijdelijke Financieringsregeling Verslaafdenzorg draagt er ondermeer zorg voor dat de bekostiging van de Consultatiebureaus voor Alcohol en Drugs (CAD's) voortaan tot de bevoegdheid van gemeenten gaat behoren. Zoals reeds in het beleids plan is aangekondigd, streven wij ernaar, daar het CAD Friesland in Leeuwarden is gevestigd, als centrumgemeente voor de financiering van deze voorziening te gaan fungeren. Wij menen langs deze weg een meer integrale aanpak van de beleidsontwikkeling met betrekking tot de verslaafdenzorg op lokaal niveau te kunnen ontwikkelen. Met ingang van 1 januari 1990 is de tijdelijke financieringsregeling verslavingszorg (TFV) van kracht geworden. De nieuwe regeling is een bundeling van bestaande financierings regelingen voor de verslavingszorg, waaronder de overbruggingsregeling verslavingszorg. Krachtens laatstgenoemde regeling (die in 1989 in de plaats kwam van de voormalige JoJo- regeling) werd door onze gemeente tot nu toe een rijksbijdrage ontvangen voor de bekostiging van de basisvoorziening van de Stichting De Straathoek. De subsidiëringsverantwoordelijkheid voor het Consultatiebureau voor Alcohol en Drugs (CAD) is in het kader van de concept-TFV vooralsnog toegedacht aan die gemeenten die voorheen krachtens de genoemde overbruggingsregeling werden gesubsidieerd. In Friesland zijn dat naast de gemeente Leeuwarden de gemeenten Ooststellingwerf en Sneek. Bij wijze van overgangsregeling werd voor het jaar 1990 aan de gemeenten van vestiging van een CAD de gelegenheid geboden om een rijksbijdrage aan te vragen met behulp waarvan de activiteiten van het CAD ook in 1990 zouden kunnen worden voortgezet. Die aanvraag is door onze gemeente ook ingediend, zij het onder het voorbehoud dat de gemeente uitsluitend als doorgeefstation van de te ontvangen rijksbijdrage zou fungeren en onder de aantekening dat over de overname van de (mede)verantwoordelijkheid voor de subsidiëring van het CAD pas in definitieve zin door de Raad besloten zou worden na ontvangst van de definitieve tekst van de nieuwe subsidieregeling. Tot op dit moment hebben wij echter de definitieve tekst van deze regeling nog niet ontvangen. Wel heeft de Staatssecretaris van WVC, na overleg met de Vereniging voor Ne derlandse Gemeenten, ons inmiddels bericht dat ervan uitgegaan mag worden dat de rijks bijdrage zoals die in het jaar 1989 rechtstreeks door het ministerie aan de CAD's is uitbetaald ook voor het jaar 1990 tegemoet gezien kan worden. Voor het CAD Leeuwarden heeft de Staatssecretaris in 1989 een bedrag beschikbaar ge steld van 2.621.240, Onder vermelding dat de Commissie voor Welzijnsaangelegenheden in haar vergade ring van 5 maart 1990 over dit voorstel heeft beraadslaagd en heeft geadviseerd om daarmee in te stemmen, stellen wij U voor te besluiten overeenkomstig bijgaand ontwerp-besluit. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, mr. G.J. te Loo Burgemeester. mw. ir. J.A. Lantermans, Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1990 | | pagina 182