Door de gedeeltelijke benutting van het complex als asielzoekers centrum zal tevens een deel van de door de gemeente te maken beveiligingskosten wegvallen. Deze (huuropbrengsten zullen in mindering worden gebracht op de totale kosten die in verband met de verwachte tijdelijke leegstand van het complex zijn geraamd (rentekosten, bewaking, onderhoud en dergelijke). Deze kostenpost betekent een verhoging van de boekwaarde van het complex. In het voorgaande hebben wij onze visie met betrekking tot de uit eindelijke huisvesting van (een deel van) het gemeentelijk appa raat geschetst. De uiteindelijke realisatie van het beoogde huis vestingsmodel zal naar verwachting circa 3 jaar in beslag nemen. Aangezien de nieuwe organisatiestruktuur reeds per 1 maart 1990 is ingegaan, achten wij het noodzakelijk dat gedurende de overgangs periode die verloopt totdat de centrale huisvesting gereed is, een herschikking van de thans aanwezige kantoorruimte tot stand wordt gebracht, die zoveel mogelijk tegemoet komt aan de personele invulling van de nieuw te formeren diensten. Bij de samenstelling van dit tijdelijke huisvestingsmodel is getracht de aanpassingen in de bouwkundige- en inrichtingssfeer tot een minimum te beperken. Desondanks is het onvermijdelijk dat er voor deze tijdelijke huisvesting aanzienlijke kosten worden gemaakt. Met name moet worden gedacht aan de kosten verbonden aan noodzakelijke aanpassingen van telefoon- en computeraansluitingen, wijzigingen in de verlichting en de feitelijke verhuiskosten. De totale kosten worden geraamd op f 512.000,--. Voor een specifi catie van deze kostenpost verwijzen wij u naar de ter inzage gelegde stukken. De kosten kunnen voor f 107.000,worden gedekt uit bestaande begrotingskosten, terwijl voor de kosten verbonden aan de huisvesting van de aan te stellen projektleider ter grootte van f 15.000,-- zal moeten worden beschikt over het eerder genoem de voorbereidingskrediet van in totaal f 300.000,--. We stellen u voor ten behoeve van de resterende kosten ad f 390.000,een afzonderlijk krediet beschikbaar te stellen. De hieraan verbonden lasten zijn verwerkt in het dekkingsvoorstel van paragraaf 6. Omtrent de tijdelijke huisvesting van de nieuwe Dienst Economische en Sociale Zaken is nog het volgende van belang. In verband met nieuwe huisvesting van de DSW op het industrie terrein Hemrik zijn de oude panden in de verkoop gebracht. Het pand aan de James Wattstraat is, zoals bekend, inmiddels ver kocht. Voor het pand aan de Brandemeer zijn wij in onderhandeling met het bouwbedrijf Jellema, dat thans naast het GSD-pand aan het Noord- vliet is gevestigd. Het bouwbedrijf heeft grote belangstelling voor het pand aan de Brandemeer en in het kader van de huisvesting kwam ons het pand aan 't Vliet zeer gelegen. In principe zijn wij dan ook een deal aangegaan met het bouwbedrijf. In de tijd dat de onderhandelingen in gang werden gezet, lag huisvesting van het gemeentelijk appa raat op de Burmania-lokatie nog ver buiten ons gezichtsveld, temeer daar er serieuze gegadigden voor het complex waren. Als gevolg van vereiste bodemonderzoeken overeenkomstig het raads besluit van november 1987, is u nog geen voorstel ten aanzien van de transaktie kunnen worden voorgelegd. Bovendien is het bouwbedrijf in afwachting van een hinder wetvergunning. Tussen het bouwbedrijf en ons zijn de onder handelingen nu zover gevorderd, dat wij verwachten u binnenkort een voorstel te kunnen doen met betrekking tot de verkoop van het DSW-pand Brandemeer en de aankoop van het pand Jellema aan het Noordvliet Wij moeten hierbij al wel opmerken, dat het pand Jellema in de huidige staat onvoldoende ruimte biedt voor het onderbrengen van het daarvoor in aanmerking komende onderdeel van de nieuwe Dienst Economische en Sociale Zaken. De transaktie is door ons ook gevoerd in de wetenschap dat enige aanbouw/uitbouw achter het kantoorpand (na sloop van de opslag- en werkplaatsruimten) mogelijk noodzakelijk zou zijn; een en ander was destijds nog afhankelijk van de definitief vast te stellen organisatiestruktuur. In het plan voor de tijdelijke huisvesting is dan ook rekening gehouden met een noodzakelijke aanpassing van het betrokken pand. In de transaktie met het bouwbedrijf Jellema is de waarde van het door de gemeente over te nemen pand gesteld op f 425.000,--. In het totale dekkingsvoorstel, zoals dat wordt toegelicht in paragraaf 6 van deze raadsbrief, zijn deze investeringskosten meegenomen. Teneinde een volledig beeld te kunnen vormen van de financiële consequenties van de thans aan u voorgelegde plannen is het noodzakelijk in te gaan op de twee financiële elementen die in dit verband een rol spelen, te weten: A. de jaarlijkse lasten die uit de beoogde centrale huisvesting voortvloeien; B. de mate waarin het bestaande complex tegen de boekwaarde in het nieuwe projekt kan worden ingebracht. A. Benadering_jaarlijkse_lasten De jaarlijkse huisvestingslasten voortvloeiende uit het door ons voorgestane huisvestingsmodel kunnen, uitgaande van een benodigde bruto-vloeroppervlakte van 15.000 m2 en een richtprijs van f 237,-- per m2 (inclusief BTW) worden berekend op f 3.555.000,--. Deze raming is gebaseerd op een in de centrale huisvesting onder te brengen personeelsbestand van 600 a 650 personen en een ruimte norm van 25 m2 per persoon hetgeen overeenkomt met een totale ruimtebehoefte die zich beweegt tussen de 15.000 en 16.250 m2 bruto-vloeroppervlak. -6- 5 Plan voor tndeliike herhuisvesting -7- GFinanciële consequenties

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1990 | | pagina 209