mogensverlies ad 3.772.665,op het Burmaniahuis ten'laste te brengen van de Algemene Reserve. 5. RESULTAAT VOORJAARSNOTA In hoofdstuk 8 wordt een uitgebreide toelichting gegeven over de overige mee- en tegenvallers per hoofdfunctie ten opzichte van het Beleidsplan 1990-1994. Op grond van de uitkomst van de Voorjaarsnota en eerdere be leidsplannen zijn wij van mening dat de overschotten van het beleidsplan van ca. 2 miljoen per jaar, die bedoeld waren voor de opvang van de perspectivische vertekening, tot bedra gen van respectievelijk 750.000,in 1991, 1.500.000,in 1992, 2.250.000,— in 1993 en 3.000.000,— in 1994 kunnen worden afgeroomd ten gunste van het resultaat van de Voorjaars nota. Het totaal resultaat van de Voorjaarsnota geeft het beeld te ,zienjvolgens._onderstaande tabellens label 1. Resultaat Voorjaarsnota in absolute bedragen x f. 1000, 1990 1991 1992 1993 1994 Herwaardering a.vrijwillige brandweer 0,00 -79,00 -54,00 -134,00 -110,00 b.besparing kantines -200,00 -100,00 -100,00 0,00 0,00 c.overige projecten -192,00 -252,00 -186,00 -26,00 -26,00 Hieuw beleid a. banenpools -100,00 -795,00 -795,00 -795,00 -795,00 b. kinderopvang -450,00 -387,00 -387,00 -387,00 -387,00 c. stadskantoor 0,00 -741,00 -741,00 -741,00 -741,00 Overige see- en tegenvallers -1243,00 -939,00 -827,00 -823,00 -595,00 Aanpassing perspecti vische vertekening 0,00 750,00 1500,00 2250,00 3000,00 Totaal-2183,00 -2543,00 -1590,00 -656,00 346,00 Tabel 2. Uitkoast beleidsplan 0,00 4513,00 8312,00 9212,00 8800,00 Correctie perspectivische vertekening -750,00 -1500,00 -2250,00 -3000,00 Uitkoast beleidsplan na correctie perspectivische vertekening 0,00 3763,00 6812,00 6962,00 5800,00 Mutaties van de Voorjaars nota -2185,00 -2543,00 -1590,00 -656,00 346,00 Geactualiseerde uitkoast beleidsplan -2185,00 1220,00 5222,00 6306,00 6146,00 6. DEKKING TEKORT/BESTEMMING OVERSCHOT Uit tabel 2 blijkt dat over het jaar 1990 incidenteel een te kort moet worden gedekt van 2.185.000,--. De dekking van dit bedrag kan plaatsvinden door het eerder genoemde bedrag van 1.146.000,niet tot te voegen aan de Algemene Reserve en tot een bedrag van 1.039.000,aan deze reserve te onttrek ken. Toch kan worden gesteld dat over de gehele beleidsperiode een positief beeld kan worden geschetst. Bij de bepaling van de be stemming van de overschotten op het beleidsplan na aftrek van de Voorjaarsnota over de jaren 1991 tot en met 1994 dient even wel aandacht te worden geschonken aan het volgende. In deze nota worden in hoofdstuk 8 reeds enkele tegenvallers vermeld, die vooralsnog als p.m. zijn ingeboekt. (Hierover dient eerst nader te worden gerapporteerd). Daarnaast dient re kening te worden gehouden met aangekondigde bezuinigingen op rijksniveau. Een deel hiervan (voor alle gemeenten wordt in to taal gesproken over 80 miljoen) zal voor rekening van onze gemeente komen. Concrete door het Rijk te nemen maatregelen zijn thans nog niet bekend. En ook aan het rentefront is voor lopig nog geen ontspanning waar te nemen. Op grond van vorenstaande zijn wij van mening dat de over de jaren 1991 tot en met 1994 geraamde overschotten minstens voor een deel vooralsnog gereserveerd dienen te blijven voor drei gende tegenvallers in de toekomst. Wij komen daarop terug bij het beleidsplan 1991-1994. 7. ALGEMENE RESERVE De voorlopige rekeningsuitkomst over het dienstjaar 1986 is be paald op 8,4 miljoen. De definitieve rekeningsuitkomst over het dienstjaar 1986 bedraagt 9,8 miljoen. (Zie het desbetref fende raadsvoorstel, dat geagendeerd is voor de Raad van 25 juni 1990). Dit negatieve effect is reeds doorgerekend in de stand van de Algemene Reserve, die per 1 januari 1990 7,3 miljoen be draagt. De stand van de Algemene Reserve dient in 1990 te worden ver laagd met het bedrag van 1.039.000,voor dekking van het tekort in 1990 op de Voorjaarsnota. Per 1 januari 1991 dient de Algemene Reserve te worden verlaagd met het vermogensverlies op het Burmaniahuis van 3.772.665, De stand van de Algemene Reserve bedraagt na aftrek van voren staande posten per 1 januari 1991 ca. 2,5 miljoen. De stand van deze reserve komt dus door aftrek van bovenbedoelde posten beneden de in het collegeprogramma genoemde bedrag van 3 mil joen te liggen. Uit voorlopige berekeningen van het resultaat van de gemeenterekening over het dienstjaar 1987 is echter ge bleken dat er over dat jaar een minder negatief beeld ont staat. Hierdoor komt de stand van de Algemene Reserve naar ver- 7

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1990 | | pagina 396