1
Goedkeuren van het bestuursbesluit van het MCL inzake het aan
trekken van een geldlening van 20 miljoen.
Bijlage nr. 188.
Aan de leden van de Gemeenteraad.
Bij brief van 14 maart 1990 heeft het bestuur van de Stichting
Medisch Centrum Leeuwarden verzocht het bestuursbesluit goed te
keuren tot het sluiten van een raamovereenkomst met de Bank Ne
derlandse Gemeenten voor een lening van in totaal maximaal
20 miljoen ten behoeve van de financiering van de (ver)nieuw-
bouw van het verpleeghuis Bornia Herne alsmede van enkele ande
re verbouwingen en bouwkundige aanpassingen en de aanschaf van
enkele voorzieningen ten behoeve van het MCL. Het gaat bij de
raamovereenkomst om een overeenkomst van geïntegreerde dienst
verlening, waarbij aan het MCL een aantal faciliteiten ter be
schikking staat tot maximaal het bedrag van de lening. Op grond
van art. 7 lid 4, sub a van de Statuten van het MCL is een be
stuursbesluit tot het aantrekken van een geldlening onderworpen
aan de goedkeuring van Uw raad. Het ontwerp van de desbetref
fende raamovereenkomst is voor U ter inzage gelegd.
Voor het aantrekken van de lening wordt door het bestuur van
het MCL geen gemeentegarantie gevraagd, aangezien het besluit
van Uw Raad van 12 december 1983, nr. 18511, inzake de B-3 sta
tus van het MCL voor de bank reeds voldoende waarborg biedt.
Zoals bekend heeft de gemeente zich bij dat besluit garant ge
steld voor het jaarlijkse exploitatie-tekort van de stichting.
Wel is door de bank als financieringsvoorwaarde in de concept
raamovereenkomst opgenomen dat deze garantieverklaring, die
destijds noodzakelijk was met het oog op de verkrijging van de
B-3 status, niet wordt gewijzigd en onverkort van kracht
blij ft.
Wij hebben de voorgenomen leningsovereenkomst getoetst aan de
hand van de vraag of uit de lening bijzondere risico's voort
vloeien voor de exploitatie van het MCL en daarmee - gelet op
de geldende garantieverplichting - voor de gemeente. Aangezien
de lening wordt aangegaan met het oog op een aantal investerin
gen en er van deze zijde van het MCL is toegezegd dat niet eer
der tot deze investeringen zal worden overgegaan dan nadat van
alle overige goedkeurende instanties (COTG, Provincie en Rijk)
daarvoor toestemming is ontvangen, zodat de meerkosten ook in
de tarieven c.q. de subsidiabele exploitatielasten kunnen