de opstalhoudster aanvaardt de grond in de staat
en de toestand, waarin deze zich ten tijde van
het passeren van de akte van opstal bevindt, met
alle lusten, lasten, plichten, erfdienstbaarhe
den, enz. daartoe vanouds en met recht behorende,
zonder dat de gemeente Leeuwarden, behoudens ter
zake van uitwinning en hypotheek, jegens de op
stalhoudster tot enige vrijwaring is gehouden;
het onderhoud van de grond en alle van de grond
met opstallen geheven wordende en nog te heffen
lasten en belastingen, komen vanaf de datum van
het verlijden van de akte van opstal voor reke
ning van de opstalhoudster;
zonder voorafgaande toestemming van Burgemeester
en Wethouders van Leeuwarden is het verboden over
te gaan tot overdracht van het opstalrecht;
bij het einde van het opstalrecht op 31 december
2030 - dan wel op een later tijdstip bij een
eventuele verlenging van dit recht - vergoedt de
gemeente Leeuwarden de waarde van de door de op
stalhoudster gestichte kanoloods;
de te vergoeden waarde wordt door Burgemeester en
Wethouders van Leeuwarden en de opstalhoudster in
onderling overleg vastgesteld, naar de staat,
waarin de opstal zich bevindt bij het einde van
het opstalrecht;
indien hierover binnen een maand na dat einde,
géén overeenstemming wordt verkregen, geschiedt
de waardevaststelling door drie deskundigen,
waarvan binnen twee maanden na dat einde één
wordt benoemd door Burgemeester en Wethouders van
Leeuwarden en één door de opstalhoudster, waarna
de derde door de twee aldus benoemde deskundigen
wordt aangewezen binnen drie maanden na dat ein
de;
komen de benoemde deskundigen niet overeen
omtrent het bedrag van de te vergoeden waarde,
dan zal daarvoor worden gehouden het bedrag van
de door de deskundigen afzonderlijk bepaalde ver
goeding dat noch het hoogste, noch het laagste
is;
aan de waardevaststelling door de deskundigen
zijn beide partijen gebonden;
de akte van opstal zal worden opgemaakt door en
verleden voor een door de opstalhoudster aan te
wijzen, te Leeuwarden gevestigde notaris.
2
II. een subsidie te verlenen van maximaal 20.245,in de
kosten van de bouw van een kanoloods met inachtneming
van het bepaalde in de Algemene subsidieverordening en
de Subverordening met betrekking tot de stichting van
clubhuizen.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
3