Met betrekking tot de constatering, dat ter plekke zonder
vergunning een aantal bomen is gekapt, merken wij nog het
volgende op. De aanvragers om bouwvergunning hebben tevens
een verzoek ingediend om een strook grond van de gemeente te
kunnen kopen voor het te realiseren doel. Van de zijde van de
dienst Stadsontwikkeling en Milieu is hierop, gelet op de
aard van het gebruik van het pleintje, in beginsel positief
gereageerd. Op basis van dit gegeven is van de zijde van de
dienst Stadsbeheer mondeling te kennen gegeven, dat tegen het
kappen van bomen los van het vergunningenregiem ten aanzien
van bouwaanvragen, omdat voor de beoordeling van de aanvragen
verschillende criteria gelden. Niettemin achten wij het
gewenst, dat op dit punt de nodige coördinatie tot stand
wordt gebracht, waartoe inmiddels de nodige voorbereidingen
worden getroffen. In het onderhavige geval leidt deze niet,-
optimale coördinatie echter niet tot een ongewenste situatie,
omdat er buiten de bouwaanvraag om geen reële grond aanwezig
was geweest om op de aanvraag om een kapvergunning afwijzend
te beschikken.
Onder mededeling dat de Commissie voor Stadsontwikkeling in
haar op 6 november 1990 gehouden vergadering u heeft gead
viseerd met het vorenstaande in te stemmen, stellen wij u
voor te besluiten overeenkomstig bijgevoegd concept-besluit.
Leeuwarden, 8 november 1990
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
mr. G.J. te Loo Burgemeester
mw. ir. J.A. Lantermans Secretaris
4
Nr. 8206
FH/MS
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
overwegende, dat het wenselijk is met betrekking tot het
hieronder vermelde perceel een voorbereidingsbesluit te
nemen;
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van
8 november 1990 (bijlage nr. 266);
gelet op artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening;
BESLUIT:
I. te verklaren dat een partiële herziening van het bestem
mingsplan *'t Nijlên" wordt voorbereid voor een onbe
bouwd perceel achter het perceel Antillenweg 37 te
Leeuwarden, nader aangegeven met een zwarte stippellijn
op de bij dit besluit behorende tekening nr.
II. te bepalen dat het hiervoor genoemde voorbereidingsbe
sluit in werking treedt met ingang van de dag volgende
op die van de bekendmaking
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter
Secretaris
1
