2
platvorm geïnstalleerd. Dit platform staat onder voorzit
terschap van de directeur Middelen van de Dienst Be
stuurszaken. Het secretariaat wordt verzorgd door de sector
concernaangelegenheden binnen de afdeling POI van de Dienst
Bestuurszaken
2.3 Informatiebeleid en -plannen
Het I&A- platform zal binnenkort ondermeer rapporteren omtrent
een wenselijk I&A-beleidskader waarbinnen de diensten hun
sectoraal beleid kunnen ontwikkelen en/of uitvoeren.
In principe zullen de diensten zelf de voorstellen voor de
informatiserings of automatiseringsactiviteiten periodiek --
in de vorm van I&A-plannen -- samenstellen en aan u aan
bieden
i
De I&A-plannen voor concerninformatie- of basisregistratie
systemen zullen in de diverse betrokken platformen kunnen
worden afgestemd en via de C.D.R. worden aangeboden.
Het I&A-beleidskader kan vervolgens -- parallel aan de be
sluitvorming omtrent de I&A-plannen -- periodiek (bv. jaar
lijks) worden geëvalueerd en bijgesteld.
2.4 Bestuurlijke informatievoorziening
De structurering van de informatievoorziening alsmede de effi
ciencyverbetering heeft zich de afgelopen jaren in eerste
instantie gericht op de (massale) uitvoeringsprocessen (Bevol
king, Sociale Zaken, Belastingen e.d.) en de operationele
aansluiting (o.a. middelen systemen).
In het verlengde van aandacht voor de operationele en manage-
ment-informatievoorziening ligt het onderwerp "Bestuurlijke
informatievoorziening" en wel name de informatieverstrekking
gericht op het College, de Gemeenteraad en de Raadsadviescom-
missies
Steeds meer overheidsorganisaties richten zich op het beperken
van de bestuurlijke papierstroom, en het vergroten van de
informatiewaarde van stukken waar bestuurders kennis (dienen
te) nemen.
Dit kan geschieden door meer gebruik te maken elektronische
opslagmethoden en selectieprogramma's voor agenda's, ver
slagen, e.d. waarbij de stukken via bijvoorbeeld Personal
Computers (eventueel) thuis kunnen worden, geselecteer,
ontsloten en eventueel overgehaald alsmede uitgeprint.
Genoemde voorzieningen zijn deels ook inzetbaar ten behoeve
van de voorlichting aan de burgerij en bedrijven.
Wij zijn voornemens de eerste helft van 1991 met een project
voorstel te komen.
2.5 Stadskantoor
De voorziene bouw van het Stadskantoor zal ook de nodige
consequenties hebben voor het automatiseringsbeleid en de
hierbij benodigde beheersorganisatie. Overwogen wordt het
technisch beheer over de infrastructuur en de centrale appara
tuur te bundelen en onder te brengen in een Facilitair Be
drijf. Het beheer en de keuze van sectorale applicatie-pro
gramma's blijft in onze ogen een (decentrale) dienstaange-
legenheid
De keuze voor en het beheer van basisregistratie- en concern
informatiesystemen zal -- in gezamenlijk overleg -- onder
verantwoordelijkheid van de Centrale Directieraad Plaats
vinden.
In het hiervoor aangekondigde I&A-beleidskader zal nader op
deze problematiek worden ingegaan.
2.6 Standaardisatie
De gemeentelijk reeds ingezette weg tot geleidelijke stan
daardisatie van (PC-)programmatuurapparatuur (MS/DOS en UNIX)
speelt tegen de achtergrond van een facilitair bedrijf binnen
een Stadskantoor een belangrijke positieve rol.
De standaardisatie mag echter niet zo vergaan dat zij een
"dwangbuis" wordt voor organisatie-onderdelen, waardoor zij
niet kunnen werken.
Een en ander vereist een permanente afweging van kosten, meer
waarde van afwijkende systemen, de hierbij benodigde decen
trale en/of centrale beheersorganisatie, e.d.
2.7 Bekostiging van automatiseringsprojecten
Het in 2.1 beschreven decentralisatiebeginsel heeft er toe
geleid dat de diensten zelf verantwoordelijk zijn voor de
financiering van de automatiseringsmiddelen e.d. Wij stellen u
daarom voor de stelpost "Nader te verdelen automatiseringskos
ten" (922.02), met ingang van 1991 te verdelen over de
diensten
Bij de allocatie c.q. decentrale besteding van de middelen
zullen de diensten rekening dienen te houden met de gezamen
lijk te bekostigen bestuurlijke, concern- en basisregis
tratiesystemen, alsmede de hierbij benodigde centrale en/of
decentrale beheersorganisatie.
2.8 Opleidingen
I. De opleidingen die de afgelopen jaren zijn gegeven zijn
sterk gericht op het in de dagelijks praktijk benodigde
programmatuur en apparatuur. In deze is gebleken dat
deze opleidingen weliswaar noodzakelijk zijn en blij
ven, maar onvoldoende kunnen inspelen op o.a.:
het structureren van het eigen werkproces en de
aansturing van het werkproces;
de nieuwe mogelijkheid welke automatisering
biedt voor de informatievoorziening binnen en
rond het betreffende werkterrein;
de innovatiemogelijkheden voor de produkten en
produktieprocessen en de operationeel manage
ment
de rol en vitale functie van de informatievoor
ziening in een lokale overheidsorganisatie en
de hiermee samenhangende noodzakelijke beheers
en beveiligingsmaatregelen.
3