go cd O -5 cd rt* cu ~3 O O "3 N cd ~3 JU 3 CL C CO CU CO rt- CQ CD CO rt- CD Cl CD O ■O CD 3 cr cu "5 CD CD -5 CQ CU CL CD "3 13 CQ er» c_n 4^ co ro i 2 =3 ÖD C rt- O 7^ rt* —Ie Cr GD "3 CD oo 3 =3 CD JU 3 TT CL n> 3 <D -s CD m □c —Je "3 o C-J. TO CD CL O CD O CD CD 3 CL -n CU CD CD O CD CD CL 3 1 O -5 —Je C_J. C-l. 7T CO 00 rt- -3 CU 2 CU c CD CO rt- -5 CU CU r r rooTJz CD CU CD I. CD 3 ZS =3 C_j. C 3 OD 3 TT —j 5 CD C CD Dj) CU -5 3 Z3 rt- =3 "3 CO JU co -3 co Cl rt- co rt- CU q_ CD "3 rt- "3 JU c< 3 CU "3 DJ rf TT CU cu CU f+ D) r+ 00 00 rt- CO -P» CO co O CU CU cu 13 CL CD TT O TD CD "3 TT :r> O CL "O -3 CD CD "3 CO CU cl cd y S. 2. S Z N 3 aaaaag ro ~n -n cd o ~n m en oi -p. ii- ou a m ro ino H-. oi o ro m po ro eo en io os io w io -~J eo ■o cd -ï o cd cd O 3 Qj CO Q. O Qj 3" l/) -5 rt- -5 a> CD po o po ii po en i-no io -p» -t=» ioiopooi wo n n n n n n n cd oi Bi ju a a OJ >C7D|mn-n-7 ~5 -5 01 CD qj o 3 3 3 cj. 23 h 3 003 7~ I Q> Q. CD C CD l/i O» !="<3-!33rt-3 <s~st/)oj</>-5t/l CD CD r+ r+ Oi Q_ WCQ ~5 ri- -5 Qj e< n- Dm -s ai rt^- 1 ui qj oj 0j D) OWr+Ol rt- 00 00 0i rt- rt- eo -P» CD co lo en cd o -s i "O O CD JU -O "3 3 "O O CD CD 3~ "3 CD CD r+ Cr tj cu CD 3 TT CU CD JU ZJ" 3 rt- CD Cl co r+ 3" CD CD "O —Je —Je CD O-C-J. -3 TT O CD CD CD —i po po en co 00 cn j-* po po en cn en i—i— cn cn po to 0 co po -o» co po cn o c» oo - - o co o 1 I - - - I I I I I I I I co no -5 -5 O -J. 3 C_i. Q. t/ï 0J 3 CL cd Wijziging Verordening op de algemene begraafplaatsen Bijlage nr. 210 Aan de leden van de Gemeenteraad. Ingevolge artikel 3 van de Verordening op de algemene begraafplaatsen te Leeuwarden kunnen Burgemeester en Wethou ders het uitsluitend recht verlenen tot het begraven van lijken voor de tijd van 20 of 40 jaar; deze termijn kan telkens met 10 of 20 jaar worden verlengd. De laatste tijd komt het regelmatig voor dat een rechtheb bende op een graf een stoffelijk overschot wil begraven in een graf, waarvoor het uitsluitend recht tot begraven op dat moment nog slechts voor een periode van minder dan 10 jaar geldt. Indien alle rechthebbenden bereid zouden zijn aan het einde van de periode, waarvoor het grafrecht geldt over te gaan tot verlenging van het grafrecht, zijn er geen proble men. In de praktijk komt het echter steeds vaker voor dat de rechthebbenden na het vervallen van het recht niet bereid zijn tot verlenging van het grafrecht over te gaan. De Wet op de lijkbezorging gaat uit van een termijn van minimaal 10 jaar waarbinnen, nadat in een graf voor het laatst een lijk is geplaatst, niet geroerd mag worden. De gemeente kan in de gevallen waarin het recht is vervallen nog afzien van de vraag of dat wenselijk is, niet tot ruiming over gaan. Artikel 20 van de wet, dat handelt over het uit geven van het recht om te begraven, noemt ook een termijn van 10 jaar. Anders gezegd, wil men tot het begraven van een lijk over gaan dan moet er tenminste een grafrecht van 10 jaar zijn. Het lijkt ons dan ook wenselijk aan artikel 3 van de Verordening op de algemene begraafplaatsen een vierde lid toe te voegen, luidende: "Van het in het eerste lid bedoelde recht kan alleen gebruik worden gemaakt, indien op het tijd stip van begraven, dat recht nog voor een periode van ten minste 10 jaar geldt". Verder zijn nog enkele wijzigingen van de verordening wen selijk gebleken. De slotzin van het derde lid van artikel 4 kan suggereren dat deze alleen betrekking heeft op het urnen gedeelte van de begraafplaats; dit is niet de bedoeling. Daarom is het juister deze zin in een afzonderlijk vierde lid op te nemen. - 1 -

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1990 | | pagina 32