In het bestuur van de Stichting Banenpool hebben zitting vertegenwoor
digers van:
de gemeente (2, waaronder de voorzitter, leden van het gemeen
tebestuur);
werkgevers- en werknemersorganisaties uit de collectieve sektor
(2);
het GAB (adviserend lid);
Dienst Economische en Sociale Zaken (adviserend lid, ambtelijke
ondersteuning).
Afstemming met het toekomstig tripartite bestuur van het RBA is nood
zakelijk.
De Stichting Banenpool werkt onder verantwoordelijkheid van het gemeen
tebestuur.
Het personeel van de Stichting Banenpool, te weten: de consulenten en de
administratieve medewerkers, is in dienst van de Stichting Banenpool. Het
personeel in dienst van de Stichting verricht de uitvoerende werkzaam
heden, terwijl direktievoering, administratie en staffunkties worden
uitgevoerd door de Dienst Economische en Sociale Zaken.
DOELSTELLING
De Banenpool heeft als doel mensen vanaf 27 jaar (aansluitend bij de
Jeugd Werk Garantie Wet) die langer dan drie jaar werkloos zijn en voor
wie op afzienbare termijn geen andere mogelijkheden zijn tot arbeids-
inpassing, zinvol betaald werk te bieden in de collectieve sektor.
Begeleiding en scholing moeten zoveel mogelijk worden ingezet om door
stroming naar de reguliere arbeidsmarkt te bevorderen. Zolang echter
geen mogelijkheden voor doorstroming aanwezig zijn, wordt het dienst
verband met de banenpool gecontinueerd.
Taakstellingen zowel naar eindfunkties vs doorstroming, als naar
specifieke doelgroepen (met name allochtonen en vrouwen) moeten door
het bestuur van de Stichting worden geconcretiseerd.
DE FINANCIERING
Voor de financiering is uitgegaan van de financieringsbronnen, zoals
genoemd in de "Notitie van de Centrale Commissie van Bijstand en Advies
inzake Banenpools". De volgende bronnen worden genoemd:
het door het Rijk bespaarde uitkeringsdeel;
2
het door de gemeente bespaarde uitkeringsdeel;
de door het Rijk beschikbaar gestelde startsubsidie;
een door de Arbeidsvoorzieningsorganisatie gefourneerde start
subsidie;
de jaarlijkse premievrijstelling op basis van de Wet Vermeend/
Moor;
een door inleners van deelnemers aan banenpools te betalen
inleenvergoeding;
bestaande middelen van de Arbeidsvoorzieningsorganisatie ter
financiering van plaatsingsbevorderende en scholingsinstrumenten;
overige financieringsmogelijkheden, zoals bijdragen van gemeente,
provincie en ESF-subsidies.
Het niet haalbaar blijken te zijn van een inleenvergoeding kan een tekort
opleveren op de begroting. Tevens wordt de inlenende instanties gevraagd
de reis- en onkostenvergoeding te betalen, hetgeen op problemen kan
stuiten.
Ervan uitgaande dat de helft van de instanties de inleenvergoeding niet
kan betalen, en de gemeente de reis- en onkostenvergoeding voor haar
rekening neemt, heeft het College besloten aan de Raad voor te stellen,
in het kader van de Voorjaarsnota een claim te leggen op de ruimte voor
nieuw beleid 1990 tot een bedrag van f 100.000,— voor de start van
banenpools en om voor de jaren 1991 en volgende een preprioriteit op de
ruimte voor nieuw beleid te leggen tot een maximum van f 350.000,—
voor 1991, f 575.000,— voor 1992 en f 800.000,— voor 1993.
Het gaat hierbij om een vorm van een tekortsubsidie tot een maximum
van bovengenoemde bedragen.
Opgemerkt moet worden dat na ondertekening van het convenant tussen
gemeente en Rijk, waarin de ministeriële richtlijnen worden vastgesteld,
aanpassingen in aantallen en financiering noodzakelijk zijn. Dit zal echter
niet leiden tot grotere tekorten.
De Stichting Banenpool gaat 1 september 1990 van start en tracht nog in
1990 50 arbeidsplaatsen te creëren. Na een gefaseerde invoering, moeten
in 1993 300 plaatsen in de Banenpool vervuld zijn.
3