Lokale omroep (580)
Hoofdfunctie 6. Sociale voorzieningen en maatschappelijk werk
Algemeen
Sociale Zaken (600)
44
In het vorige beleidsplan hebben wij aangekondigd meer toezicht te houden op de
kades. Dit beleid werpt langzamerhand vruchten af en zal stapsgewijs worden voortge
zet. Ook het toezicht op het innemen van illegale ligplaatsen is verscherpt. Wij realise
ren ons dat de uitvoering van het ligplaatsenbeleid een kwestie van lange adem is.
De verhuizing van de bewoonde schepen van het Bisschopsrak naar andere havens
krijgt langzamerhand zijn beslag.
Door een samengaan tussen de lokale omroepvereninging "Aquarius", de Friese
Zieken Omroep en de Leeuwarder Omroep Stichting zal een nieuwe lokale omroepver
eniging tot stand komen. Ideeën over de hoofdlijnen van het eventueel te voeren pro
grammabeleid van deze nieuwe vereniging - in laatste instantie behoort dit beleid tot de
verantwoordelijkheid van de programmaraad - zijn aangegeven in het rapport
"Leeuwarden in beeld en geluid" van de Werkgroep Lokale Omroep Leeuwarden, de
werkgroep die de fusie begeleidt. Naar verwachting zal (onder meer) prioriteit worden
gegeven aan informatieve, lokaal gerichte programma's; de werkgroep denkt aan een
minimumpercentage van 70. In de komende beleidsperiode zal getracht worden om in
ons voorlichtingsbeleid de mogelijkheden die de lokale omroep biedt meer te benutten.
Het Commissariaat voor de Media ten slotte verzocht de Gemeenteraad om een advies
uit te brengen over de representativiteit van de nieuwe omroeporganisatie (in verband
met de door dit commissariaat te verlenen zendmachtiging). Ter zake zullen wij u nog
een concreet voorstel doen.
Beleidsvoornemens per hoofdfunctie
45
De werkloosheid bevindt zich zowel landelijk als regionaal al enige decennia op een
hoog peil. Het verlies van betaalde arbeid betekent voor velen behalve een noodge
dwongen inactiviteit, ook verarming en maatschappelijk isolement. Tot voor kort bracht
de taakverdeling tussen Rijk en gemeente met zich mee dat de gemeente op het gebied
van werkloosheidsbestrijding niet veel meer kon doen dan trachten de negatieve effec
ten van werkloosheid te verzachten. Dit heeft voor de gemeente geresulteerd in de ont
wikkeling van een scala van opvangactiviteiten voor mensen zonder werk onder de titel
"opvang en herinschakeling". Tevens heeft dit geleid tot de ontwikkeling van een
gemeentelijk minimabeleid.
Inmiddels heeft een aantal ontwikkelingen ervoor gezorgd dat er verandering is geko
men in bovenstaande taakverdeling tussen Rijk en gemeente. De mogelijkheden van de
gemeente om werkzoekenden toe te leiden naar de arbeidsmarkt zijn aanmerkelijk uit
gebreid, onder meer door de invoering van de Banenpool en de Jeugd Werk
Garantiewet. Bovendien is de situatie op de arbeidsmarkt veranderd. Na een periode
waarin er geen werk was, is nu een situatie ontstaan waarin vacatures wel bestaan.
Hoewel niet voor alle werklozen, kan door gerichte toeleiding aan een aantal werkzoe
kenden werk worden geboden.
Vandaar dat wij in ons werkgelegenheidsbeleid een accentverschuiving voorstaan van
"opvang" naar toeleiding naar de arbeidsmarkt". Vandaar dat één van de cirkels bij
sociale vernieuwing wordt gevormd door arbeid, scholing en inkomen.
De geboden nieuwe mogelijkheden moeten optimaal benut worden, opdat het
gemeentelijk beleid zoveel mogelijk effect kan sorteren. Ook het beleid inzake sociale
vernieuwing is gericht op het zo doeltreffend mogelijk inzetten en combineren van ver
schillende instrumenten. De taakstelling in het kader van de Herwaardering 1991-1995
vormt een extra aanleiding om te streven naar een zo groot mogelijk rendement.
In het licht van de nieuwe mogelijkheden, sociale vernieuwing en de herwaardering
stellen wij u voor binnen de gemeentelijke inspanningen een accentverlegging door te
voeren van uitkeringsbeleid naar werkgelegenheidsbeleid. Deze accentverlegging wordt
geconcretiseerd in de voorstellen met betrekking tot werkgelegenheidsbeleid (het 1000-
banenplan, projecten mensen zonder werk) en het uitkeringsbeleid (minimabeleid en
verhaal en fraudebestrijding).
Uitkeringsbeleid
Sinds 1 augustus 1991 berust de (financiële) verantwoordelijkheid voor de verlening
van bijzondere bijstand bij de gemeenten. Tegelijk met de decentralisatie is ook het aan
tal centrale regels voor de bijstandsverlening drastisch beperkt. De functie van het
Beleidsvoornemens per hoofdfunctie
