Verslaafden (710.3)
Dak- en thuislozen (620.0)
Kinderopvang (650)
Sociaal Cultureel Werk/Jeugd- en Jongerenwerk (630)
56
Het accent van het verslaafdenbeleid is verlegd (van het tegengaan van alcoholge
bruik) naar het matigingsbeleid en het tegengaan van verslaving (aan alcohol, drugs
en/of gokken). Hoewel een curatieve aanpak van de verslaafdenproblematiek onderdeel
van beleid blijft, dient preventie een steeds belangrijker onderdeel van het beleid te wor
den.
Bovenstaande betekent dat wij ons met name richten op het voeren van een "inte
graal" beleid inzake de verslaafdenzorg. Dit is mede een reden dat wij het initiatief heb
ben genomen om te komen tot een fusie van het CAD en de Straathoek, welke met
ingang van 1 januari 1992 wordt geëffectueerd. Door deze samenbundeling ontstaat er
een situatie waarin de verslaafdenzorg geconcentreerd is in één instelling, te weten het
CAD. Hierdoor kan er een optimale afstemming worden gerealiseerd tussen de diverse
onderdelen, zoals hulpverlening (ook in de basisvoorziening), opvang, preventie en
resocialisatie (maatschappelijk herstel). Wij gaan er hierbij van uit dat naast deze kwali
tatieve versterking van de verslaafdenzorg, een effectievere uitvoering wordt bereikt.
Derhalve dient de fusie haar beslag te krijgen binnen de grenzen van de door het Rijk
beschikbaar gestelde middelen in het kader van de Tijdelijke Financiering Verslaaf
denzorg (TFV).
Vanuit de Stuurgroep dak- en thuislozen is een aantal nieuwe projecten ontwikkeld die
recentelijk in uitvoering zijn genomen: dag- en nachtopvang, (tijdelijk en permanent)
begeleid zelfstandig wonen.
Door realisatie van deze projecten kan het zorgaanbod verder worden toegespitst op
de individuele situatie en behoeften van personen. Mede in verband hiermee kan het
accent van ons beleid, met betrekking tot de onderhavige doelgroep, in de komende
periode worden gelegd op het bevorderen van de zelfredzaamheid van personen, waar
door resocialisatie en participatie in de samenleving zoveel mogelijk plaatsvindt c.q.
wordt hersteld.
In ons beleid zullen wij naast het zorgaanbod in de komende periode het accent leg
gen op de preventie. Een van de directe oorzaken van het dak- of thuisloos zijn, is gele
gen in woninguitzetting. Vanuit de stuurgroep zijn de eerste initiatieven genomen om
met woningbouwcorporaties en hulpverleningsinstellingen een plan op te zetten ter
voorkoming van woninguitzetting. Wij hopen dat deze initiatieven in 1992 zullen leiden
tot concrete preventieve activiteiten. Hierbij dient te worden opgemerkt dat ons helaas is
gebleken dat de woningbouwcorporaties niet bereid zijn om een financiële bijdrage te
leveren aan bedoelde projecten.
Mede gelet op de bovenomschreven nieuwe ontwikkelingen, raken steeds meer orga
nisaties en instellingen betrokken bij het onderhavige beleidsterrein. Gelet hierop zullen
wij in de komende periode ons beleid tevens richten op verdergaande samenwerking op
dit terrein. Om samenwerking te bevorderen is het wenselijk dat de desbetreffende orga
nisaties en instellingen zoveel mogelijk onder de beleidsverantwoordelijkheid van één
overheidslaag vallen. Mede tegen deze achtergrond vinden wij het dan ook verheugend
dat als vervolg op het convenant Sociale Vernieuwing, wij met het Ministerie van WVC
Beleidsvoornemens per hoofdfunctie
57
een deelbestuursovereenkomst maatschappelijke opvang kunnen sluiten. Hierdoor wordt
de beleidsverantwoordelijkheid ten aanzien van de Terp en de Wending met ingang van
1 januari 1992 naar het gemeentelijke niveau overgeheveld.
Voor de periode tot en met 1993 wordt in een uitbreiding voorzien van de kinderop
vang met in totaal 400 opvangplaatsen. Vanaf 1993 zullen hiervoor extra gemeentelijke
middelen beschikbaar dienen te worden gesteld. Voor uitgebreide informatie betreffende
bovenstaande plannen, verwijzen wij u naar het inmiddels door u vastgestelde Kinder-
opvangplan.
Conform het bovengenoemde Kinderopvangplan streven wij naar één centrale stede
lijke instelling voor kinderopvang met ruimte voor diverse bijzondere vormen van
opvang. Met de Stichting Kinderopvang Leeuwarden (SKL) en met betrokkenen bij
onder andere de Friestalige en christelijke opvang zullen wij hieraan nadere uitwerking
geven. De nadere uitwerking van het Kinderopvangplan zal in 1992 plaatsvinden, met
een uitloop naar 1993 voor wat betreft het onderdeel huisvesting.
Het eerste jaarprogramma, waarin de verdere uitwerking en de uitvoering van het
onderhavige plan wordt weergegeven, zal medio 1992 aan de Commissie Onderwijs en
Samenlevingszaken worden aangeboden.
Thans beraden wij ons op het beleid inzake het peuterspeelzaalwerk en de tussen-
schoolse opvang. Nog in 1992 zullen wij u de eerste voorstellen ter zake doen toeko
men.
Ondersteunende instellingen en buurtactiviteiten
De Stichting Welzijn Leeuwarden (SWL) is actief in de ondersteuning van buurt- en
bewonersorganisaties met name in de zogenaamde achterstandswijken. In een aantal
gevallen voert de SWL taken uit op bovenwijks of stedelijk niveau. Mede ten gevolge
van de herwaardering zijn wij voornemens een beleidsvisie te ontwikkelen over de
vraag welke functies door de SWL uitgevoerd moeten worden. Hierbij gaan wij uit van
de basisfuncties integrale buurt- en wijkaanpak, activiteiten ten behoeve van specifieke
groepen, en wijkoverstijgende en stedelijke activiteiten.
De integrale buurt- en wijkaanpak wordt beschouwd als kerntaak van de SWL. In
onze optiek zal de SWL de komende jaren een belangrijke functie vervullen in het kader
van de sociale vernieuwing. Vijf wijken krijgen in het sociale vernieuwingsbeleid de
komende jaren extra aandacht. Voor deze wijken worden onder meer leefbaarheidsplan
nen opgesteld.
Tegen de achtergrond van de herwaardering zullen wij u in de komende periode voor
stellen doen inzake ons beleid ten aanzien van de buurt- en wijkorganisaties en de wijk-
accommodaties. Hierbij zullen de volgende onderdelen aan de orde komen:
Beleidsvoornemens per hoofdfunctie