Voorbereidingsbesluit ex artikel 21 van de Wet op de Ruim telijke Ordening voor een perceel grond ten zuiden van de Dokkumer Ee bij Lekkum. Bijlage nr. 113 Aan de Gemeenteraad. In uw vergadering van 24 september 1990 (bijlage nr. 226) hebt u voorbereidingsbesluiten genomen voor een aantal woonschepen locaties, o.a. voor een gebied noordwestelijk van het Mear- sterpaed tot aan de Dokkumer Ee bij Lekkum (ten westen van het voetpad tussen Snakkerburen en Lekkum). In bedoeld voorstel hebben wij o.a. opgemerkt, dat voor alle locaties geldt dat deze in overleg met de woonschepenbewoners, de Grontmij en de bewoners van de dorpen nog nader moeten worden uitgewerkt en dat dit met name ook geldt voor Lekkum, aangezien tijdens de op 12 juni 1990 gehouden vergadering van de Commissie voor Stadsontwikkeling een variant is genoemd, die eventueel voor uitvoering in aanmerking komt. Wij hebben hieraan toegevoegd, dat aanvankelijk sprake was van de Mientjesvaartmaar dat wij bij nader inzien inderdaad gemeend hebben de voorkeur te moeten geven aan bedoelde variant, min of meer in het verleng de van het Mearsterpaed en daarna afbuigend naar de Dokkumer EeLandschappelijk gezien was deze oplossing meer aanvaard baar. Op 4 september 1990 heeft hierover overleg plaatsgevon den met "het bestuur van de Vereniging Dorpsbelang Lekkum, Miedum en Snakkerburen. Hierbij bleek o.a. dat het bestuur een ander alternatief had uitgewerkt, waarbij de woonschepen in een 1-vorm ten noorden en ten oosten van de aldaar aanwezige kassen zijn geprojecteerd. Men was namelijk van mening, dat dit ruimtelijk gezien een betere oplossing zou bieden en de vraag was of dit alternatief door de gemeente verder uitge werkt kon worden. Toegezegd is dat deze mogelijkheid nader zou worden bezien. Mocht het alternatief uitvoerbaar blijken, dan zou het tevens voorgelegd moeten worden aan de bewoners van de woonschepen. Laatstbedoeld alternatief (waarbij de schepen a.h.w. om de kassen heen worden gelegd) bleek in principe inderdaad uitvoerbaar en is daarna nader uitgewerkt. Hierover heeft op 20 november 1990 overleg plaatsgevonden met genoemd bestuur en hierbij is gebleken, dat men - behoudens enkele opmerkingen - in het algemeen niet afwijzend staat tegenover dit (nader uitgewerkte) alternatief. Met name is nog van gedachten gewisseld over de ontsluiting (van deze locatie). 1

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1991 | | pagina 267