Nummer 5009
MD
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
gelezen de brief van de heer R.D. Dijkstra te Leeuwarden
d.d. 20 februari 1991, waarbij ingevolge de Woningwet een
beroepschrift werd ingediend tegen het besluit van
Burgemeester en Wethouders van 8 januari 1991, verzonden
24 januari 1991, nr. B 368/90, waarbij aan hem een
bouwvergunning werd geweigerd voor het veranderen en
vergroten van een bestaande veestalling op het perceel
kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, sectie E, nr. 5064,
plaatselijk bekend nabij de Dokkumertrekweg te Leeuwarden;
overwegende dat het beroepschrift ingevolge artikel 2 van
de Procedureverordening Raadsadviescommissie voor de
beroep- en bezwaarschriften om advies in handen is gesteld
van de Raadsadviescommissie voor de beroep- en bezwaar
schriften;
dat de commissie in haar advies d.d. 16 mei 1991, bijlage
nr. 151, hem adviseert het beroepschrift ongegrond te
verklaren;
dat hij zich met de overwegingen en het advies van de
commissie kan verenigen;
gelet op de Woningwet, de Wet op de ruimtelijke ordening
en de Procedureverordening Raadsadviescommissie voor de
beroep- en bezwaarschriften;
BESLUIT:
het beroepschrift van de heer R.D. Dijkstra te Leeuwarden
ongegrond te verklaren.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.