Bij de diverse gemeentelijke diensten aanwezige persoonsregistraties bren vens binnen een gemeente. Voor het samenvoegen van persoonsgegevens ge bruikt men vaak de termen koppeling en integratie. De wet kent deze termen niet. Omdat aan iedere koppeling of integratie een verstrekking van gege vens voorafgaat en deze verstrekking al aan normen is gebonden, werd van het gebruik van de termen koppeling en integratie afgezien. Voor de verstrekking van gegevens binnen de gemeente geldt als norm dat de ontvanger van de gegevens deze gegevens ingevolge zijn taak mag ontvangen. Bovendien geldt als eis dat het gebruik van een gegeven -en het koppelen is een vorm van gebruik- verenigbaar moet zijn met het doel van de registratie waar dit gegeven in opgenomen is. Omdat de wet al de normen aangeeft waaraan verstrekkingen moeten worden voldoen was een apart regime voor het samenvoegen of het met elkaar in verband brengen van gegevens niet meer nodig. Het geheel of gedeeltelijk samenvoegen of koppelen van persoonsregistraties dient echter uit oogpunt van bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de geregistreerde met de nodige zorgvuldigheid te geschieden en met enige waarborgen te worden omgeven. Daarom is voor samenvoeging en koppe ling van persoonsregistraties een besluit van de houder nodig, waarbij de commissie persoonsregistraties om advies moet worden gevraagd. Het besluit tot de in de artikelen 15, 16 en 17 bedoelde verstrekking moet in het open baar register worden opgenomen. Artikel 15 gaat over samenvoeging en in artikel 16 wordt koppeling behandeld. Artikel 17 regelt de incidentele verstrekking van gegevens welke niet in het reglement is voorzien noch in de artikelen 15 en 16. Bovendien moet aan de verstrekking een verzoek ten grondslag liggen. De achtergrond van dit artikel is dat niet alle verstrekkingen voorzienbaar zijn en een plaats in het reglement zullen hebben gekregen. Te denken valt hier aan verzoeken van derden om gegevens uit een onder de WPR vallende persoonsregistratie. Dergelijke verzoeken moeten veelal op grond van de Wet Openbaarheid van Bestuur (WOB) beoordeeld worden. Eveneens kan getracht worden aan verzoeken van personen en instanties met een publiekrechtelijke taak waarvoor, naast artikel 11, artikel 18, lid 3 van de wet een bevoegdheid tot gegevensverstrekking biedt. Tot slot kan binnen het kader van de WPR gedacht worden aan niet-voorzien- bare binnengemeentelijke gegevensverstrekking. Artikel 6, leden 1 en 2 van de wet geven de normen aan waarbinnen tot verstrekking kan worden overge gaan. Artikel 17 heeft, gezien de reikwijdte van de verordening ook betrekking op gegevens uit de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens. Te den ken valt hier aan de incidentele binnengemeentelijke gegevensverstrekkin gen, de verstrekking aan derden in bijzondere gevallen van andere dan nor male gegevens (naam, adres, woonplaats en dergelijke). Artikel 18 Dit artikel is bedoeld om controle te kunnen blijven uitoefenen op de ver spreiding van het administratienummer. Het administratienummer is het van rijkswege aan iedere in het Bevolkingsregister opgenomen persoon toegekende nummerDit nummer biedt de mogelijkheid gemakkelijk koppelingen tot stand te brengen tussen de gegevens van de ene en de andere registratie. Daardoor kunnen er van geregistreerden "totaalbeelden" worden gevormd, zonder dat van een werkelijk beleid op dit gebied sprake is. Het administratienummer is daarom uitsluitend bestemd voor intern gebruik binnen de gemeente. Slechts een wet kan hierin ingevolge het eerste lid, sub c, verandering brengen gen mee, dat ook het gebruik per dienst aan beperkende regels dient te worden gebonden. Daarom is voor het gebruik in het verkeer tussen verschil lende diensten machtiging van de houder vereist, na de betreffende commis sie persoonsregistraties daaromtrent advies te hebben gevraagd. HOOFDSTUK 6 Beveiliging Artikel 19 Beveiligingsmaatregelen kunnen zich richten op het voorkomen (preventie maatregelen), verbeteren (correctiemaatregelen) en op het zo beperkt moge lijk houden van de schade (repressieve maatregelen) van een ongewenste inbreuk op het (geautomatiseerde) bestand. De maatregelen dienen zich te richten op de handhaving van de betrouwbaarheid van gegevens, op garantie voor de continuiteit van gegevens en bestand en op de bescherming van de vertrouwelijkheid van gegevens. Dit kunnen technische maatregelen zijn, zoals het opbergen van magneetbanden,schijven, e.d. in kluizen en maatrege len in de organisatorische sfeer. Het beveiligingsplan kan zodanig worden opgesteld dat in de reglementen bij de afzonderlijke persoonsregristratie voor het onderwerp beveiliging met een verwijzing naar dit plan kan worden volstaan. HOOFDSTUK 7 Overgangs- en slotbepalingen Artikelen 20, 21 en 22 In het tweede lid van artikel 20 wordt het van kracht worden van de artike len die specifiek op de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens zijn toegesneden, gekoppeld aan de inwerkingtreding van de wet GBA. Tot dat moment zal het Besluit voorbereiding gemeentelijke basisadministratie per soonsgegevens op deze administratie van toepassing zijn.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1991 | | pagina 423