de in het verleden ingebrachte besparingen weer moeten
worden gecorrigeerd. In een meerjarenperspectief werkt deze
correctie vanaf 1992.
1992 1993 1994
e.v.
Geraamde
besparingen
op:
-personeelslasten 112.000,- 224.000,-
- kapitaallasten 17.000,- 153.000,- 102.000,-
Tegenvallers 17.000,- 265.000,- 326.000,-
Voor 1991 is in verband met de veronderstelde invoering van GSDIS
een reservering van 203.000,- in de begroting van de Dienst
Economische en Sociale Zaken opgenomen. Deze reservering zal
thans worden betrokken in de dekking van de onderhavige
investeringsplannen.
Ad 2. Op dit moment bedraagt de aankoopwaarde van de binnen de
Dienst Economische en Sociale Zaken aanwezige apparatuur
984.600,-. In de boekhouding is evenwel een bedrag van circa
700.000,- opgenomen. Dit verschil wordt voornamelijk
veroorzaakt door het feit dat een deel van de apparatuur
boekhoudkundig reeds volledig is afgeschreven. Abusievelijk
heeft dit niet geleid tot de reservering van vervangings
kredieten. Dit heeft tot gevolg, dat op grond hiervan op jaar
basis een correctie moet worden toegepast van 128.000,-.
Deze correctie zal vanaf 1991 alsnog als reservering in de
boekhouding moeten worden opgenomen.
Het een en ander betekent dat voor 1991 een reservering voor
automatiseringslasten ontstaat van 331.000,- bestaande uit
de correctie op de kapitaallasten ad 128.000,- en de reeds in
de begroting opgenomen GSDIS-stelpost van 203.000,-.
6
Bovenstaande correcties resulteren in totaal in de volgende
tegenvallers.
Correctie
GSDIS
Correctie
kap.lasten
1991
128.000,-
128.000,-
1992
17.000,-
128.000,-
145.000,-
1993
265.000,-
128.000,-
393.000,-
1994 e.v.
326.000,-
128.000,-
454.000,-
We stellen u voor deze tegenvallers te betrekken in de
herwaarderingsoperatie 1991-1995. Hieromtrent zullen we u nog
nadere voorstellen doen.
De totale project-investering wordt geraamd op 3.680.000,-. Hierin
zijn begrepen de investering in apparatuur en software en de aan het
project verbonden implementatiekosten, zoals de conversie- en
opleidingskosten en de kosten voor externe ondersteuning. Met
betrekking tot de implementatiekosten kan, na doorvoering van de
hiervoor aangegeven correctie op de kapitaallasten, voor 1991
worden beschikt over een budget van 331.000,-. Voorts zal in 1992
rekening gehouden moeten worden met een bedrag aan eenmalige
opleidingskosten ten bedrage van 100.000,-. Dit bedrag zal volledig
ten laste van de exploitatie worden gebracht. De resterende
investeringskosten zullen over 5 jaar worden afgeschreven. Tezamen
met bijkomende exploitatiekosten (o.a. onderhoud), kan het uit de
investering voortvloeiende bedrag aan jaarlasten worden berekend op
1.292.000,-.
Naar verwachting zal invoering van een nieuw geautomatiseerd
systeem vanaf 1993 belangrijke efficiency-besparingen tot gevolg
hebben. Deze worden vooralsnog geraamd op zeven formatieplaatsen,
wat vanaf 1993 neerkomt op een jaarlijkse besparing in
personeelslasten van ca. 367.000,-.
7