Het College van burgemeester en wethouders heeft op dinsdag 28 augustus 1990 besloten, om de directeur van de dienst Economische en Sociale Zaken en de directeur van de dienst Stadsbeheer opdracht te geven te adviseren over een beleidsmatig raamwerk waaraan voorstellen over buitenreclame kunnen worden getoetst. Voor een plaatsbepaling van de reclame als maatschappelijk verschijnsel kan worden gesteld dat reclame een betaalde communicatie vorm is. Derhalve is te definiëren: reclame is betaalde massacommunicatie, die in beginsel ten doel heeft het verstrekken van informatie, het scheppen van verwachtingen en het teweeg brengen van actie die de adverteerder ten goede komt; in het algemeen de verkoop van een product of een dienst. Deze nota zal zich ingevolge de opdracht beperken tot de buitenreclame, d.w.z. reclame die zich buiten in de openbare ruimte bevindt. Ingevolge een opdracht van de raadscommissie Stadsontwikkeling is de werkgroep Beeldende Kunst bezig met het samenstellen van een notitie straatmeubilair. Buitenreclame objecten, voorzover gesitueerd in of boven de openbare weg, maken ook onderdeel uit van het straatmeubilair en zullen derhalve daarin verwerkt dienen te worden. Omdat deze notitie nog in het ontwikkelingsstadium verkeert, kunnen de conclusies daarvan niet meegenomen worden in deze nota. De gemeente heeft gekozen voor de exploitatie van buitenreclame indien gemeentelijke eigendommen bij de opstelling van de reclameobjecten zijn betrokken. Met de belanghebbenden worden overeenkomsten aangegaan op privaatrechtelijke basis. Het aanbod van reclame van uit het bedrijfsleven neemt met name de laatste jaren explosief toe. Door de Europese éénwording in 1992 zal, gelet op het vrije ondernemerschap in de deelnemende landen en de daaruit voortvloeiende noodzaak van marktvergroting, de behoefte tot het maken van reclame naar men mag aannemen nog groter worden. Hoewel de gemeente door het toepassen van de beschikbare verordeningen en bepalingen, de buitenreclame, zoals die zich momenteel manifesteert, nu reeds grotendeels beheerst, is het nochtans gewenst, ten einde te voorkomen dat het aantal reclameobjecten het visuele leefmilieu in de stad op ontoelaatbare wijze aantast, dat de gemeente bepaalt in welke mate buitenreclame aanvaardbaar is. -2- 2huidige reclamebestand Het huidige reclame bestand bestaat uit: - statische reclame en - mobiele reclame. Onder statische reclame wordt verstaan: reclame op reclamedragers, bevestigd aan een onroerend goed. Onder mobiele-reclame wordt verstaan: - reclame op reclamedragers, aangebracht op al dan niet bewegende voer- of vaartuigen, - reclame op eenvoudig verplaatsbare reclamedragers die maximaal vierentwintig uur op één plaats worden gehandhaafd. Aanwezige statische reclamevormenLocaties. 1.korte of evenements reclame (300+17) 317 2.billboards 45 3.affiches op zuilen en -borden 7 4 4.lichtbakken aan lichtmasten 100 5.klokzuilen 10 6.plattegronden met reclame op ind.terr. 2 7.reclamedoeken onder bruggen 6 8lichtreclames op gebouwen veel 9.reclame op privé eigendom meerdere 10.reclamepanelen in abri's 45 Aaanwezige mobiele reclamevormen.Locaties. 1.reclame op rijdende voeruigen komt weinig voor 2.reclame op stilstaande voertuigen meerdere 3.verplaatsbare objecten idem 4.reclame op varende vaartuigen incidenteel 5.reclame op afgemeerde vaartuigen idem -3-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1991 | | pagina 453