5
4. Burgemeester en wethouders doen binnen twee maanden nadat de monumen
tencommissie is gehoord, schriftelijke mededeling van het besluit be
doeld in lid 2 aan degenen die als eigenaren en anderszins zakelijk
gerechtigden in de kadastrale legger bekend staan, aan de ingeschreven
hypothecaire schuldeisers en, indien om aanwijzing is verzocht, aan de
verzoeker. Bij overschrijding van de termijn worden burgemeester en
wethouders geacht niet tot plaatsing op de gemeentelijke monumentenlijst
te hebben besloten.
Toelichting lid 4
De mededeling van burgemeester en wethouders is voor de eigenaar en de
anderszins zakelijk gerechtigden van essentieel belang. Het is dan ook
zaak dat de mededeling door de geadresseerde wordt ontvangen. In latere
instantie kan hij zich dan ook niet beroepen van niets te weten. In de
regel zal de mededeling bij aangetekend schrijven uitgaan. Door de
besluitvorming van burgemeester en wethouders aan een termijn te binden
weten de eigenaar en andere belanghebbenden beter waaraan ze toe zijn.
5. Burgemeester en wethouders maken de plaatsing op de gemeentelijke
monumentenlijst op de in de gemeente gebruikelijke wijze bekend.
Toelichting lid 5
Openbare kennisgeving van de besluiten tot plaatsing is niet verplicht.
Overigens is het ook een handeling met een zeer beperkt bereik; slechts
weinigen lezen met enige regelmaat het gemeentelijke publikatiebord
Bekendmaking via de lokale nieuws- en informatiemedia heeft een betere
werking.
6. De gemeentelijke monumentenlijst geeft de plaatselijke aanduiding
aan, de kadastrale aanduiding, de tenaamstelling en een beschrijving van
het monument.
Toelichting lid 6
Door plaatsing op de monumentenlijst is het gehele pand, inclusief het
interieur, onder de werking van de verordening geplaatst. Andere zaken
die zich op het perceel van het beschermde monument bevinden, zoals
bijgebouwen tuininrichting, bomen enz. moeten expliciet worden aan
gegeven, willen zij onder de werking van de verordening vallen. Voor
elke wijziging van het beschermde monument is dus een vergunning nodig.
7. Burgemeester en wethouders kunnen ambtshalve of op verzoek van be
langhebbenden in de gemeentelijke monumentenlijst wijzigingen aanbren
gen. Indien de wijziging naar het oordeel van burgemeester en wethouders
van ondergeschikte betekenis is of indien de wijziging betreft het
doorhalen van de inschrijving van een monument dat is teniet gegaan,
blijft overeenkomstige toepassing van artikel 3, leden 2 en 3achter
wege
Toelichting lid 7
Via deze bepaling is het mogelijk beschermde gemeentelijke monumenten
van de gemeentelijke monumentenlijst te schrappen.
Monumenten op de gemeentelijke monumentenlijst, die op grond van vergun
ningverlening zijn gesloopt of anderszins volledig teniet zijn gegaan
kunnen door ambtshalve wijziging door burgemeester en wethouders van de
monumentenlijst worden gehaald.
6
8. Monumenten die zijn ingeschreven in het register als bedoeld in
artikel 6 van de Monumentenwet of worden door burgemeester en wethouders
niet op de gemeentelijke monumentenlijst geplaatst.
Toelichting lid 8
Monumenten die reeds op een rijkslijst staan, komen niet voor plaatsing
op de gemeentelijke lijst in aanmerking. Voor rijksmonumenten volgt dat
uit de Monumentenwet en artikel 194 van de gemeentewet. Het is de ge
meente namelijk niet toegestaan onderwerpen uit de Monumentenwet te
regelen die het rijk aan zich voorbehouden heeft.
9. Monumenten, die na plaatsing op de gemeentelijke monumentenlijst
worden ingeschreven in het monumenten register als bedoeld in artikel 6
van de Monumentenwet, worden geacht niet meer op de gemeentelijke monu
mentenlijst te zijn geplaatst.
Toelichting lid 9
Beschermde gemeentelijke monumenten vervallen van rechtswege van de
gemeentelijke monumentenlijst zodra ze kunnen worden aangemerkt als
beschermd rijksmonument.
Artikel 4
De gemeentelijke monumentenlijst ligt ter gemeentelijk Informatiecentrum
voor een ieder ter inzage.
Toelichting artikel 4
Aan wie een exemplaar van de monumentenlijst wordt toegezonden behoeft
geen regeling in de verordening. De vele toezendingsverplichtingen die
in de wetten en verordeningen zijn opgenomen hebben nogal eens weinig
toevoegende waarde. Indien bepaalde instanties toezending op prijs
stellen kan dat worden geregeld op basis van afspraken.
Paragraaf 2 Vergunningen tot wijziging of afbraak van beschermde gemeen
telijke monumenten
Artikel 5
1. Het is verboden een beschermd gemeentelijk monument te beschadigen,
te verstoren, vernielen of af te breken.
2. Het is verboden zonder vergunning van burgemeester en wethouders of
in strijd met bij zodanig vergunning gestelde voorschriften;
a. een beschermd gemeentelijk monument af te breken, te verstoren, te
verplaatsen of in enig opzicht te wijzigen;
b. een beschermd gemeentelijk monument te herstellen, te gebruiken of te
laten gebruiken op een wijze, waardoor het wordt ontsierd of in gevaar
gebracht
Toelichting artikel 5
De opbouw en inhoud van artikel 5 vertoont gelijkenis met artikel 11
Monumentenwet. Aangezien deze verordening de vergunningverlening ten
aanzien van rijksmonumenten in handen van B&W legt zal de vergunningver
lening voor rijks- en gemeentelijke monumenten procedureel en inhoude
lijk zoveel mogelijk op elkaar moeten lijken. Het is namelijk voor de
aanvrager, maar ook voor de behandelende gemeentelijke diensten en voor
burgemeester en wethouders van praktische betekenis dat beide aanvragen
langs dezelfde weg worden behandeld.