13
HOOFDSTUK 4 SCHADEVERGOEDING
Artikel 11
1. Indien en voor zover blijkt dat een belanghebbende ten gevolge van:
a. de weigering van Burgemeester en Wethouders wijziging aan te brengen
in de gemeentelijke monumentenlijst;
b. de weigering van Burgemeester en Wethouders een vergunning tot wij
ziging, afbraak of verwijdering van een gemeentelijk monument te ver
lenen;
c. voorschriften door Burgemeester en Wethouders verbonden aan een
vergunning tot wijziging, afbraak of verwijdering van een gemeen
telijk monument;
schade lijdt of zal lijden, die redelijkerwijze niet of niet geheel
te zijnen laste behoort te blijven, kent de gemeenteraad hem/haar op
zijn verzoek een naar billijkheid te bepalen schadevergoeding toe.
2. Voor de behandeling van de verzoeken zijn de bepalingen van de veror
dening ter regeling van de procedure bij toepassing van artikel 49
van de Wet op de Ruimtelijke Ordening van overeenkomstige toepassing.
Toelichting artikel 11
Het verzoek tot schadevergoeding betreft monumenten die reeds op de
gemeentelijke monumentenlijst staan. De afdeling rechtspraak van de
Raad van State heeft uitgemaakt dat de monumentenverordening zonder een
schadevergoedingsregeling rechtsgeldig is.
14
HOOFDSTUK 5 STRAFBEPALINGEN
Artikel 12
1. Degene, die handelt in strijd met artikel 5 van deze verordening
wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie.
2. Overtreding van artikel 5 van deze verordening kan bovendien worden
gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.
Toelichting artikel 12
Artikel 195 van de gemeente laat aan de gemeentelijke wetgever de keuze
mogelijkheid om op overtreding van verordeningen een geldboete te stel
len van de tweede of de eerste categorie.
In artikel 23 van het Wetboek van Strafrecht zijn de geldboetecatego
rieën opgenomen. De op te leggen boete voor strafbare feiten in de
eerste categorie is max. 500,-; voor de tweede categorie max.
5.000,-.
In de Monumentenwet is handelen in strijd met artikel 11, het verbod een
beschermd monument zonder vergunning te wijzigen of af te breken, gekop
peld aan een geldboete van de vijfde categorie 100.000,-).
Op gemeentelijk niveau is, gelet op de ernst van het vergrijp, de hoogte
van de strafmaat voor beschermde rijksmonumenten en de wens enige pre
ventieve werking te bereiken, de keuze gemaakt voor de geldboete van de
tweede categorie.
Het is niet noodzakelijk de mogelijkheid van hechtenis op te nemen.
Zeker nu er gestreefd wordt de korte vrijheidsstraf terug te dringen ten
gunste van de geldboete. (Zie model-algemene plaatselijke verordening,
VNG 1986, VI-3