1 Programma Flankerend Ouderenbeleid 1991. Bijlage nr. 43. Aan de leden van de Gemeenteraad. INLEIDING Bijgaand doen wij u het Programma Flankerend Ouderenbeleid 1991 ter vaststelling toekomen. In dit programma worden de binnen gekomen subsidieverzoeken op het terrein van het flankerend ouderenbeleid inhoudelijk beoordeeld en worden voorstellen voor subsidietoekenningen gedaan. Voor wat betreft de gehanteerde criteria en de op basis daarvan geformuleerde subsidievoorstellen verwijzen wij U kortheidshalve naar het desbetreffende programma. FINANCIËLE CONSEQUENTIES Voor een overzicht van de6financiële consequenties van de in het programma opgenomen toekenningsvoorstellen verwijzen wij naar de financiële overzichten aan het eind van het programma. Met betrekking tot de dekking van de uitgaven die in het programma zijn voorgesteld, merken wij nog het volgende op. In de Nota Ouderenbeleid, die in november 1989 is vastgesteld, is de beoogde herverdeling van budgetten tussen de diverse deelterreinen van het ouderenwerk aangegeven in bedragen met een indicatieve waarde. Als overgangsmaatregel zijn in de gemeentebegroting 1990 en 1991 op basis van budgettaire neutraliteit reeds enkele verschuivingen in de budgetten binnen de sector doorgevoerd, in de lijn van de in de nota aangegeven beoogde eindsituatie. In de begroting 1991 is binnen de post 620.02 ("bejaardenwerk" rekening gehouden met een uitgave ad f 216.925,ten behoeve van het flankerend ouderenbeleid (f 166.925,en het experimentenfonds (f 50.000,Gelet op het feit dat er thans nog geen subsidieregeling voor toekenningen uit het Experiraentenfonds voorhanden is en activiteiten in het kader van het flankerend ouderenbeleid in dit jaar nog bij wijze van overgang naar een nieuwe subsidiëringssituatie worden gesubsidieerd, zijn beide posten samengevoegd ter dekking van de onderhavige uitgaven.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1991 | | pagina 92