76
Een andere ontwikkeling betreft de herziening van de Algemene
Bijstandswet. In deze wet zal met meer nadruk dan voorheen de
aandacht worden gevraagd voor de bevordering van de zelfstandige
bestaansvoorziening van de uitkeringsgerechtigde.
Naast deze ontwikkelingen die mogelijkerwijs zullen leiden tot een
vermindering van de werkdruk, willen wij ook de aandacht vestigen
op een werkdrukverhogende verandering. In het verleden is met het
oog op de werklast gekozen voor een in hoofdzaak administratief en
schriftelijk heronderzoek naar de rechtmatigheid van de uitkering.
Vanwege het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
wordt aangedrongen op een andere opzet van het periodieke
heronderzoek, dat berust op een persoonlijk contact met de cliënt.
Hoewel wij bepaald niet de indruk hebben dat door de tot op heden
gepleegde wijze van uitvoering van heronderzoek de rechtmatigheid
van de uitkering onvoldoende werd getoetst, hebben wij gemeend
het heronderzoek anders in te moeten richten. Het heronderzoek zal
afwisselend worden uitgevoerd in schriftelijke en mondelinge vorm.
De mogelijkheid wordt open gehouden om al naar gelang de
individuele behoeften van de cliënt het op het persoonlijk contact
gebaseerde heronderzoek in de plaats te stellen van het onderzoek in
schriftelijke vorm. Vooral bij de mondelinge heronderzoeken zal
aandacht worden besteed aan het op maat adviseren en verwijzen
van cliënten in verband met haar of zijn mogelijkheden op arbeids-
inpassing.
Functie 611: Werkgelegenheid
611.00 Sociale werkvoorziening
Voor wat betreft de uitvoering van de Wet Sociale Werkvoorziening
zijn de laatste jaren gekenmerkt door de invoering van de beleids
operatie Budgetfinanciering, Decentralisatie en Deregulering, waarbij
onder meer de open-einde financiering is gewijzigd in een systeem
van budgetfinanciering.
Naar verwachting zullen na 1990 de budgetten aan de bestuurlijke
eenheden kunnen worden toegekend op basis van meer objectieve
factoren. Ten behoeve van het meer objectieve verdeelmodel zijn de
hiervoor te hanteren normen en instrumenten inmiddels grotendeels
ontwikkeld. Hierbij zijn twee uitgangspunten gekozen:
- de mogelijkheid tot plaatsing in de sociale werkvoorziening dient
overal in Nederland in principe even groot te zijn;
- de vergoeding per geplaatste WSW-werknemer (arbeidsplaats) voor
elke bestuurlijke eenheid dient gelijk te zijn, tenzij specifieke
niet door de bestuurlijke eenheid beïnvloedbare factoren een
hogere of lagere vergoeding per WSW-werknemer rechtvaardigen.
Aansluitend op deze uitgangspunten is de vergoeding opgebouwd uit
een volumecomponent (aantal berekende arbeidsplaatsen) en
prijscomponent (de gemiddelde kostenvergoeding per arbeidsplaats).
Het meer objectief verdeelmodel is overeenkomstig opgebouwd uit
twee onderdelen. Het eerste onderdeel wordt het aanbodstructuurmo
1991-1994
2. Beleidsvoornemens per hoofdfunctie
77
del genoemd op basis waarvan de volumecomponent van het budget
wordt berekend, waarbij rekening wordt gehouden met de omvang
van de wachtlijst, het huidge aantal werknemers en de uitstroom van
de werknemers. Het tweede onderdeel van het meer objectief
verdeelmodel is het kostenverdeelmodel aan de hand waarvan de
vergoeding per werknemer wordt berekend. Daarbij wordt rekening
gehouden met het percentage lichamelijk gehandicapten en de
gemiddelde leeftijd van de WSW-werknemers in een bestuurlijke
eenheid.
Het budget per bestuurlijke eenheid wordt berekend door vermenig
vuldiging van de volumecomponent en de prijscomponent zoals deze
respectievelijk uit het aanbodstructuurmodel en het kostenverdeel
model voortvloeien.
Een verdeling van de budgetten op basis van meer objectieve criteria
betekent echter, dat er ook van zogenaamde herverdeeleffecten
sprake zal kunnen zijn. Het laat zich aanzien, dat deze herverdeelef
fecten voor de Dienst Sociale Werkvoorziening niet ongunstig zullen
uitvallen. Het beleid van de dienst is er op gericht de meerdere
gelden die op deze wijze beschikbaar komen aan te wenden door
meer personen in WSW-verband op te nemen.
De komende jaren zal ten aanzien van de werkvoorziening de
aandacht wordt gericht op het continueren van bestaande contacten
en het aanboren van nieuwe contacten. Uitgangspunten hierbij zijn:
- het verwerven van voldoende kwantitatief en kwalitatief geva-
rieërd werk;
- goed (en flexibel) evenwicht vinden tussen "mensen aanpassen aan
werk" en "werk zoeken/aanpassen aan mensen";
- actief werken aan verbetering van de beeldvorming van de Dienst
Sociale Werkvoorzienig;
- richten op co-makerschap.
In het kader van de sociale vernieuwing zou de Dienst Sociale
Werkvoorziening een bijdrage kunnen leveren door het inschakelen
van het onderdeel Arbeids Onderzoek Centrum en Test- en training.
Verder zullen instrumenten en mogelijkheden vastgesteld en
ontwikkeld worden om doorstroming van WSW-werknemers naar
regulier werk binnen of buiten de Dienst Sociale Werkvoorziening
te bevorderen.
Door de invoering van budgetfinanciering, de reorganisatie van het
ambtelijk apparaat van de gemeente Leeuwarden en een aantal
maatschappelijke veranderingen, waaronder bijvoorbeeld het
veranderen van de markt, noopte tot een reorganisatie van de Dienst
Sociale Werkvoorziening. In het afgelopen jaar heeft dit geleid tot
het vaststellen van een nieuwe structuur.
Er is gekozen voor het vormen van vier produktie-units en één
centrale ondersteunings-unit. Uitgangspunt hierbij is o.a. geweest
zoveel mogelijk "decentraliseren, tenzij...". Op deze wijze zijn
communicatielijnen kort en is de indeling voor de klant duidelijk.
De zelfstandigheid van de units wordt verkregen door aan iedere
unit een ondersteuningsbureau toe te wijzen. Het ligt in de bedoeling
Beleidsplan
1991-1994
2. Beleidsvoornemens per hoofdfunctie