h
XI-1 6
XI-17
STAAT C
STAAT VAN GEACTIVEERDE KAPITAALUITGAVEN
Toelichting
1. In deze staat worden opgenomen:
a. alle onroerende en roerende bezittingen (inclusief voorraden), waarvan op de
boekwaarde wordt of zal worden afgeschreven of waarvan de boekwaarde op een
andere w:»ze wordt of zal worden gedekt;
b. alle deelnemingen; hiertoe worden gerekend het bezit aan aandelen en schuld
brieven en verstrekt kapitaal aan de diensten;
c. alle verstrekte langlopende geldleningen (nominale waarden), inclusief verstrekte
voorschotten, zoals studievoorschotten, maar exclusief leenbijstand ingevolgde de
Algemene Bijstandswet;
d. alle kapitaaluitgaven, waartegenover geen bezittingen of vorderingen staan,
welke ten laste van de gewone dienst of op een andere wijze zullen worden
gedekt.
2. De geactiveerde kapitaaluitgaven worden gerangschikt in de volgorde van de functio
nele indeling.
3. De kolommen 2 tot en met 4 behoeven alleen bij de begroting te worden ingevuld.
4. Indien extra afschrijving plaatsvindt op kapitaaluitgaven wordt ter zake van elk daar
bij betrokken object in kolom 11 het bedrag vermeld, dat in totaal wordt afgeschre
ven. Op een afzonderlijke - onmiddelijk daarop volgende - regel wordt tevens in
kolom 11 - tussen haakjes - het bedrag van de extra afschrijving vermeld. Laatstbe
doelde bedragen worden per functie opgeteld. De aldus verkregen totalen worden
respectievelijk onder het in totaal per functie afgeschreven bedrag in kolom 11 -
eveneens tussen haakjes - vermeld. Aan het slot van de staat wordt voorts het totaal-
generaal van alle extra afschrijvingen tot uitdrukking gebracht. Evenzo worden de
extra aflossingen op verstrekt kapitaal of op verstrekte langlopende geldleningen in
kolom 12 tot uitdrukking gebracht.
5. Indien er sprake is van toegerekende rente tijdens de bouw wordt het bedrag van de
toegerekende rente in kolom 15 en tevens in kolom 6 vermeerderingen in het dienst
jaar vermeld.