Samenvattend zijn wij van oordeel dat de ingediende bezwa
ren ongegrond moeten worden geacht respectievelijk niet
zodanig zijn dat aan het bouwplan geen medewerking zou
kunnen worden verleend.
Teneinde de gevraagde medewerking te kunnen verlenen, is
het noodzakelijk dat voor het betrokken perceel een voorbe-
reidingsbesluit wordt genomen. Hierdoor wordt het mogelijk
vrijstelling te verlenen van het geldende bestemmingsplan.
Na ontvangst van een daartoe strekkende verklaring van geen
bezwaar van Gedeputeerde Staten kan vrijstelling worden
verleend en tot vergunningverlening worden besloten.
Onder mededeling dat de Commissie voor Stadsontwikkeling u
in haar op 6 oktober 1992 gehouden vergadering heeft gead
viseerd met het vorenstaande in te stemmen, stellen wij u
voor te besluiten overeenkomstig bijgevoegd ontwerp-be-
sluit
Leeuwarden, 15 oktober 1992.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
mrG.J. te Loo Burgemeester.
mw. ir. J.A. Lantermans Secretaris.
4
Nr. 18281
GW IPJ
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
overwegende dat het wenselijk is met betrekking tot het
hierna omschreven perceel een voorbereidingsbesluit te
nemen;
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van
15 oktober 1992 (bijlage nr. 219);
gelet op artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening;
BESLUIT
I. te verklaren, dat een partiële herziening van het
bestemmingsplan "Camminghaburen" wordt voorbereid
voor een perceel grond ten oosten van de Anne Vonde-
lingweg te Leeuwarden (gedeelte van de strook open
baar groen, even ten zuiden van de Camminghaburg
ongeveer ter hoogte van de ter plaatse aanwezige
fiets- en voetgangerstunnel), nader aangegeven met
een zwarte stippellijn op de bij dit besluit behoren
de tekening nr. 19-409;
II. te bepalen, dat genoemd voorbereidingsbesluit in
werking treedt met ingang van de dag volgende op die
van de bekendmaking.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
1