Verzoek om vergoeding van schade ex artikel 49 van de Wet
op de Ruimtelijke Ordening van de heer B. van Dijk te
Leeuwarden
Bijlage nr. 220
Aan de Gemeenteraad.
Algemeen
Via de mededelingenlijst voor de raadsvergadering van 23
maart 1992 hebben wij u op de hoogte gesteld van de uit
spraak d.d. 20 januari 1992 van de Voorzitter van de
Afdeling voor de geschillen van bestuur van de Raad van
State, waarbij het raadsbesluit van 23 april 1990, nr.
4069, betreffende afwijzing van het verzoek van de heer
B. van Dijk te Leeuwarden om schadevergoeding ingevolge
artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, is ver
nietigd. Bedoeld raadsbesluit is op formele gronaen vernie
tigd, namelijk vanwege het feit dat bij de voorbereiding
van dit besluit niet het advies van de Stichting Adviesbu
reau Onroerende Zaken te Rotterdam is ingewonnen, hoewel de
in artikel 3, eerste lid van de Procedureverordening Plan
schadevergoeding genoemde termijn inmiddels was verstreken
en geen besluit was genomen tot verlenging van deze ter
mijn. Door omstandigheden (zoals in de voor u bij de stuk
ken ter inzage gelegde mededelingenlijst is aangegeven),
kon door de Raad niet meer tijdig op het verzoek worden
beslist, terwijl er evenmin tijd resteerde om de beslissing
op het verzoek te verdagen. Wij hebben hier nog aan toege
voegd, dat wij u te zijner tijd een voorstel zouden doen
toekomen om met inachtneming van het alsnog in te winnen
advies van genoemde stichting, opnieuw op het schadeverzoek
te beslissen.
Bij brief van 1 juli 1992 heeft genoemde stichting haar
advies uitgebracht, dat voor u bij de stukken ter inzage
ligt. Ter uitvoering van deze opdracht zijn door het ad
viesbureau zowel de verzoeker als de gemeente in de gele
genheid gesteld hun standpunt uiteen te zetten.
Inhoud van het verzoek.
Bij brief van 15 februari 1990 heeft de heer mr
W. Sleijfer zich namens zijn cliënt, de heer B. van Dijk,
met een verzoek om schadevergoeding tot de Raad gewend. De
heer Sleijfer merkt in deze brief op, dat als gevolg van de
vaststelling van het bestemmingsplan "Oude Veemarkt" en de
daarop gebaseerde bouw van het hoofdkantoor van Aegon, de
heer Van Dijk zijn standplaats voor de verkoop van vis c.a.
aan de Zuidersingel heeft moeten opgeven.
1