De Koepelkerk is gebouwd in 1921-'23 naar een ontwerp van
architect Tjeerd Kuipers. De stichtingsjaren vallen binnen
de periode waarvoor in 1987 na gedegen voorbereiding het
Monumenten Inventarisatie Project (MIP) is opgestart. Met
dit project, dat wordt uitgevoerd in opdracht van het Rijk
door de provincies, wordt de architectuur en stedebouw in
Nederland tussen 1850 en 1940 in kaart gebracht. Het MIP in
de gemeente Leeuwarden is in 1991 afgerond en de Koepelkerk
maakt als architectuur-historisch waardevol gebouw deel uit
van de inventarisatie-resultaten (unieke code Fr-Lwd-587).
Inmiddels hebben een aantal provincies in Nederland het
vervolg op het MIP, het Monumenten Selectie Project (MSP)
en de Monumenten Registratie Procedure (MRPter hand
genomen. Op basis van de genoemde inventarisatie-resultaten
zullen afgewogen keuzes van objecten, complexen en structu
ren worden samengesteld, welke na voltooiing van het MSP
als voordrachten van gemeenteraden aan de Minister van
W.V.C. worden voorgelegd voor plaatsing op de
rijksmonumentenlijst. In Leeuwarden zal het MSP naar ver
wachting in de loop van 1992 een aanvang nemen.
Sinds de start van het MIP wordt door het Rijk een bewust
uiterst terughoudend beschermingsbeleid gevoerd, teneinde
de aanstaande gebiedswijze selectie en bescherming van de
'jongere bouwkunst' van na ca. 1850 in het kader van het
MSP/MRP niet op voorhand te doorkruisen door ad hoe
beslissingen. Uitzondering op dit beleid is alleen moge
lijk, indien de landelijke betekenis van een voorgedragen
object aantoonbaar evident is, dat wil zeggen dat deze
vastgesteld moet kunnen worden zonder dat nog over het op
basis van het MIP te verkrijgen inzicht en overzicht kan
worden beschikt. Bovendien moet er sprake zijn van zodanige
aantoonbare bedreiging, dat er dringende redenen zijn om
vooruitlopend op de uitvoering van het MSP/MRP bescher
mingsmaatregelen te nemen. De Minister van W.V.C. heeft
e.e.a. verwoord in de Nota Selectie en Registratie Jongere
Stedebouw en Bouwkunst (1850-1940) uit januari 1992.
Wat het eerste richtsnoer betreft: zonder de cultuur-histo
rische en in het bijzonder de architectuur-historische
waarden van de Koepelkerk nauwkeurig te toetsen aan de
criteria die voor 'landelijke betekenis' gelden, kan
desondanks worden ingeschat dat het gebouw daaraan zal
voldoen. Voor ongerustheid omtrent de instandhouding van
het monumentale exterieur en interieur bestaat echter thans
onvoldoende aanleiding. De Kerkeraad van de Gereformeerde
Kerk, eigenaar van de Koepelkerk, heeft in 1991 een bouw
kundig rapport over het gebouw laten opstellen en daaruit
is gebleken dat de onderhoudsstaat slechts weinig te wensen
overlaat. Bij een inspectie ter plaatse door een gemeente
ambtenaar monumentenzorg is vastgesteld, dat de conclusies
uit het rapport niet in twijfel behoeven te worden getrok
ken, en dat daarenboven het interieur zich in oorspronke
lijke staat bevindt.
2
De Kerkeraad is zich bovendien wel degelijk bewust van de
kwaliteiten van het kerkgebouw en met de afdeling Bouwen,
Monumentenzorg van Stadsontwikkeling is de afspraak gemaakt
dat in geval van reparaties of herinrichtingsplannen over
leg zal plaatshebben met de betreffende gemeente-ambtena
ren
Aan het bepaalde in art. 2, lid 2, en art. 3, lid 4, van de
Monumentenwet is voldaan. De Gereformeerde Kerk van Leeu
warden als eigenaar van de Koepelkerk en enige zakelijk
gerechtigde is eerst gehoord bij monde van de
kerkeraadsleden P. Hiemstra en R. Rienstra. Op 10 februari
1992 heeft de Kerkeraad over het onderwerp vergaderd, een
standpunt ingenomen en dit schriftelijk ter kennis aan de
gemeente gebracht. De Kerkeraad staat neutraal tegenover
het verzoek tot plaatsing van de Koepelkerk op de
rijksmonumentenlijstHypothecaire schuldeisers zijn er
niet. De aanvragers tenslotte zijn gehoord op 22 januari
1992.
Alles afwegende menen wij, dat het thans niet opportuun is
de Koepelkerk voor bescherming door het Rijk voor te dra
gen. Tijdens de uitvoering van het Monumenten Selectie
Project in Leeuwarden zullen de cultuurhistorische waarden
van de Koepelkerk alsnog zorgvuldig worden gewogen en
afgezet tegen die van andere kerkelijke en seculiere gebou
wen. Onder mededeling, dat de Welstandszorg 'HQs en Hiem'
i.e. de Monumentencommissie, in haar vergadering van 26
februari 1992 heeft geadviseerd over ons voorstel, stellen
wij u voor om de Minister van W.V.C. een negatief advies
uit te brengen omtrent de plaatsing van de Koepelkerk,
Vredeman de Vriesstraat 24a, op de rijksmonumentenlijst,
conform bijgevoegd ontwerp-besluit
Leeuwarden, 12 maart 1yy2.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
mr. G.J. te Loo, Burgemeester.
mw. ir. J.A. Lantermans Secretaris.
3