Toeristisch produktontwikkelingsplan voor de gemeente Leeuwarden. Bijlage nr. 104. Aan de Gemeenteraad. 1. AANLEIDING. In maart 1990 heeft u ingestemd met de nota "Aanzet tot toeristisch beleid", waarbij er vanuit uw midden op aan gedrongen werd het niet bij deze nota te laten, maar een beleid te ontwikkelen dat blijk geeft van samenhang, visie en continuïteit. Gelet op de ontwikkelingen op het gebied van recreatie en toerisme verschafte de nota "Aanzet tot toeristisch beleid" namelijk geen duidelijkheid omtrent de toekomstige beleidslijn. Daarvoor droeg zij te veel het karakter van een activiteitenprogramma. Een maand later kwam het collegeprogramma tot stand, waarbij werd aangegeven dat een sterkere profilering van Leeuwarden als toeristenstad gewenst is, onder andere vanwege de positieve effecten voor de werkgelegenheid. Inmiddels was om organisatorische redenen besloten het beleids terrein toerisme niet langer onder te brengen bij de Dienst Economische Zaken, maar bij de afdeling Buitensport van de Dienst Welzijn. Door gebrek aan menskracht kon pas in november 1990 begonnen worden met de uitvoering van de nota "Aanzet tot toeristisch beleid". Al spoedig bleek dat er ten aanzien van de te voeren beleidslijn grote onduidelijkheden bestonden, die vooral aan het licht kwamen als er een bijdrage uit het Stimuleringsfonds Toerisme gevraagd werd. De behoefte aan een duidelijke beleids lijn naar de toekomst werd steeds nadrukkelijker gevoeld en om die reden besloot u op 27 mei 1991 in te stemmen met het laten opstellen van een toeristisch beleidsplan door Bureau van der Tuuk te Beetsterzwaag. Met de uitkomsten van deze beleidsnota zou het mogelijk moeten worden in te spelen op de toekomstige ontwikkelingen op het gebied van recreatie en toerisme. Met nadruk willen wij vermelden dat in onze geaeente recreatie en toerisme niet als gescheiden beleidsvelden moeten worden gezien, maar dat recreatie en toerisme elkaar kunnen aanvullen en in vele gevallen elkaar kunnen versterken. Het onderbrengen van toerisme bij de nu opgeheven afdeling Buitensport heeft in die zin een positief effect gehad op de onderlinge afstemming van recreatieve en toeristische aspecten van het te voeren beleid. 1

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1992 | | pagina 321