Om deze reden, is de commissie van mening dat de raad, de betrokken belangen
tegen elkaar afwegend, in redelijkheid tot het voorbereidingsbesluit heeft kunnen
komen.
De commissie adviseert de raad het bezwaarschrift ongegrond te verklaren.
Leeuwarden, 18 juni 1992.
w-8- w.g.
Voorzitter, Secretaris,
(drs. A.A.J.S. van de Gevel)
mevr. mr. W.A.Visser)
Nummer 11959
/DK
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
gelezen de brief van mevrouw mr. M.L. Niemöller namens
Mobil Oil BV d.d. 12 maart 1992, waarin ingevolge de Wet
Administratieve Rechtspraak Overheidsbeschikkingen een
bezwaarschrift werd ingediend tegen de beslissing van de
Gemeenteraad van 13 januari 1992, nr. 16688, waarbij werd
verklaard dat een partiële herziening wordt voorbereid van
de bestemmingsplannen "Lekkumerend-Oost" en "Uitbreidings
plan Lekkumerend" voor het terrein ten noorden van de
Prof. mr. P.S. Gerbrandyweg;
overwegende dat het bezwaarschrift ingevolge artikel 2 van
de Procedureverordening raadsadviescommissie voor de
beroep- en bezwaarschriften om advies in handen is gesteld
van de raadsadviescommissie voor de beroep- en bezwaar
schriften;
dat de commissie in haar advies van 18 juni 1992, bijlage
nr. 142 hem adviseert het bezwaarschrift ongegrond te
verklaren;
dat hij zich met ?e overwegingen en het advies van de
commissie kan verenigen;
gelet op de Wet Administratieve Rechtspraak Overheids
beschikkingen en de Procedureverordening raadsadvies
commissie voor de beroep- en bezwaarschriften;
BESLUIT:
het bezwaarschrift van mevrouw mrM.L. Niemöller namens
Mobil Oil BV ongegrond te verklaren.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.