de jaarlijks beschikbaar gestelde exploitatievergoedingen op
grond van de artikelen 101, lid 2 van de Kleuteronderwijswet en
artikel 55 bis van de Lager Onderwijswet 1920. De gemeente
Leeuwarden heeft onder genoemde wetgeving in de bedragen per
lokaal en per leerling gelden uitgekeerd aan de bijzondere
schoolbesturen voor genoemde zaken, hetgeen betekent dat de
schoolbesturen voor deze vervangingsaangelegenheden gelden
hebben kunnen reserveren tot 1 augustus 1985. Onder de
bekostigingssystematiek van de Wet op het basisonderwijs (de
WBO) kunnen schoolbesturen op grond van artikel 74 van de WBO
de gemeenteraden verzoeken om vergoeding van de kosten van
technisch onderhoud, in casu de kosten van het vervangen van de
dakbedekking
Inmiddels heeft de Tweede Kamer der Staten-Generaal
amendementen aangenomen ter aanvulling van artikel 74 met een
derde lid, luidende aldus:
"Een overschrijding van de normale eisen als bedoeld in de
vorige volzin, is mede aanwezig voor zover het bevoegd gezag,
op grond van bedragen die voor een voorziening als gewenst zijn
opgenomen in de door het bevoegd gezag ontvangen vergoedingen
voor exploitatiekosten, kan worden geacht de kosten van de
gewenste voorzieningen uit die ontvangen vergoedingen te
bestrijden"
Het vorenstaande betekent dat dergelijke verzoeken thans voor
dat gedeelte van gemeentewege kunnen worden bekostigd, waarvoor
de gemeente onder het nieuwe bekostigingsstelsel een vergoeding
van het Rijk voor technisch onderhoud heeft ontvangen.
Een en ander impliceert dat in het onder 2 genoemde geval het
schoolbestuur nu aanspraak kan maken op een vergoeding
ingevolge artikel 74 van de Wet op het basisonderwijs tot
7/20 deel van de kosten van vervanging van dakbedekking
(partiële medewerking)
In het onder 4 genoemde geval bedraagt de vergoeding ingevolge
artikel 74 van de WBO eveneens 7/20 deel van de kosten van
vervanging van de dakbedekking (partiële medewerking)
Het bestuur van genoemde vereniging wenst voorts de kozijnen
van de lichtkoepel van de onderhavige school te vervangen als
mede herstelwerkzaamheden te verrichten aan het schoolplein. De
kozijnen van de lichtkoepel zijn thans 24 jaren oud, terwijl de
normale afschrijvingstermijn 20 jaar is.
Het schoolplein is eveneens 24 jaar geleden aangelegd.
Met betrekking tot deze delen van het verzoek om medewerking,
merken wij het volgende op. Ook het verrichten van herstel
werkzaamheden aan de kozijnen en de bestrating moest onder de
vigeur van de Kleuteronderwijswet en de Lager Onderwijswet 1920
2
worden bekostigd uit de jaarlijks beschikbaar gestelde
exploitatievergoedingen op grond van de artikelen 101, lid 2
van de Kleuteronderwijswet en artikel 55 bis van de Lager
Onderwijswet 1920.
Het vorenstaande betekent dat dergelijke verzoeken thans ook
voor een gedeelte van gemeentewege kunnen worden bekostigd,
waarvoor de gemeente onder het nieuwe bekostigingsstelsel een
vergoeding van het Rijk voor technisch onderhoud heeft
ontvangen.
Voor de gemeente Leeuwarden geldt als gevolg van de slechte
bodemgesteldheid, voor het herstraten van de schoolpleinen een
termijn van 20 jaar.
In de onderhavige gevallen betekent dit dat het schoolbestuur
nu aanspraak kan maken op een vergoeding artikel 74 van de WBO
tot 7/20 deel van de kosten van vervanging, respectievelijk van
de kozijnen van de lichtkoepel en de herstelwerkzaamheden van
de bestrating.
Ad 6
Het bestuur van de Vereniging voor Christelijk Onderwijs aan
kinderen met leer- en opvoedingsmoeilijkheden te Leeuwarden
wenst herstelwerkzaamheden te verrichten aan het schoolplein
van de DrJ. Hoferschool, Eeskwerd 3, alhier. Het schoolplein
is 20 jaar geleden aangelegd.
Met betrekking tot dit verzoek merken wij het volgende op.
Het verrichten van herstelwerkzaamheden aan de bestrating moest
onder de vigeur van de Lager Onderwijswet 1920 en het Besluit
buitengewoon onderwijs 1967 worden bekostigd uit de jaarlijks
beschikbaar gestelde exploitatievergoedingen, op grond van
artikel 189 van het Besluit buitengewoon onderwijs.
De gemeente Leeuwarden heeft onder genoemde wetgeving in de
bedragen per lokaal en per leerling gelden uitgekeerd aan de
bijzondere schoolbesturen waarin alle uitgaven, betrekking
hebbend op de onderhavige werkzaamheden, alsmede de overige
thans onder het technisch onderhoud vallende voorzieningen,
waren opgenomen.
Dit betekent dat de schoolbesturen voor deze aangelegenheid
gelden hebben kunnen reserveren tot 1 januari 1988. Onder de
bekostigingssystematiek van de Interimwet op het speciaal
onderwijs en voortgezet speciaal onderwijs (ISOVSO), kunnen
schoolbesturen op grond van artikel 82 van de ISOVSO de
gemeenteraden verzoeken om vergoeding van de kosten van
technisch onderhoud in casu de kosten van bestratings
werkzaamheden schoolpleinen. Bij de invoering van het nieuwe
bekostigingsstelsel per 1 januari 1988 voor het speciaal
onderwijs, is artikel 82 van de ISOVSO gecomplementeerd met een
derde lid, luidende aldus:
3