8. Minder trek schoorsteen (4)
Dit is eveneens een bouwtechnisch aspect.
9. Bij verbouw, e.d. moet gebruik worden gemaakt van dak
buren 4
Ook dit bezwaar achten wij niet van belang in het kader van
de vrijstellingsprocedure.
10. Kinderen op het dak (4)
Dit bezwaar heeft betrekking op een privaatrechtelijke
kwestie. Het bouwplan geeft op zich geen aanleiding te
veronderstellen, dat kinderen op het dak zouden gaan lopen.
11. Geen overleg met buren (4)
In het algemeen raden wij diegenen die van plan zijn een
bouwvergunning voor een bouwplan aan te vragen t in
strijd is met een bestemmingsplan, aan overleg te plegen
met de directe belanghebbenden. Voor zover mogelijk kunnen
aanvragers dan rekening houden met wensen, c.q. opmerkingen
van die kant. Het plegen van overleg is niet wettelijk
voorgeschreven. In het kader van deze en de feitelijke
vrijstellingsprocedure kunnen omwonenden/belanghebbenden
bezwaar bij ons kenbaar maken en vervolgens beroep instel
len bij uw raad.
12. Slechte ervaringen met buren (4)
Dit bezwaar is niet van belang in het kader van deze proce
dure
Samengevat en na afweging van alle relevante belangen zijn
wij van mening, dat het bouwplan stedebouwkundig, ruimte
lijk en esthetisch verantwoord is en niet een zodanige
afbreuk doet aan het aangrenzende woonklimaat, dat medewer
king zou moeten worden geweigerd.
Op basis van het geldende bestemmingsplan is realisering
van het bouwplan niet mogelijk. Opdat toch medewerking kan
worden verleend, is het noodzakelijk dat voor het perceel
een voorbereidingsbesluit wordt genomen. Een dergelijk
besluit biedt de grondslag om vrijstelling van het geldende
bestemmingsplan te verlenen. Na ontvangst van een daartoe
strekkende verklaring van geen bezwaar van Gedeputeerde
Staten kan vrijstelling worden verleend en tot vergunning
verlening worden besloten.
4
Onder mededeling, dat de Commissie voor Stadsontwikkeling
in haar vergadering van 2 februari 1993 u heeft geadviseerd
met het vorenstaande in te stemmen, stellen wij u voor te
besluiten conform bijgevoegd concept-besluit.
Leeuwarden, 4 februari 1993
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
mr. G.J. te Loo Burgemeester.
mw. ir. J.A. Lantermans Secretaris.
5