Benoeming bestuurslid in bestuur van de Stichting
Gemeenschappelijke Kredietbank Friesland
Bijlage nr. 50
Aan de Gemeenteraad.
Naar aanleiding van de nota Wie vertegenwoordigt de
gemeente in particuliere organisaties? hebben wij
het bestuur van de Stichting Gemeenschappelijke Kre
dietbank Friesland in augustus 1989 medegedeeld de
vertegenwoordiging in het bestuur van een ambtenaar
van de afdeling Financiën, in de persoon van de
heer P. de Boer, per 1 januari 1990 te willen beëin
digen en voor wat betreft de vertegenwoordiging van
de directeur van de - toenmalige - Gemeentelijke So
ciale Dienst vooralsnog een uitzondering te maken op
het beginsel dat ambtenaren in de regel niet als ver
tegenwoordiger van de gemeente in stichtingen moeten
worden aangewezen. Met betrekking tot deze uitzonde
ring is overwogen dat er een nauwe binding bestaat
tussen de Gemeenschappelijke Kredietbank Friesland en
de Gemeentelijke Sociale Dienst en dat de inbreng van
deskundigheid van de directeur van de Gemeentelijke
Sociale Dienst inzake schulden, schuldregelingen en
saneringen noodzakelijk is.
Het bestuur van de Gemeenschappelijke Kredietbank is
tevens verzocht te zijner tijd de statuten te wijzi
gen gelet op het vorenstaande. Volgens de toen gel
dende statuten werden namelijk vijf leden van het
bestuur, dat uit tenminste negen en ten hoogste elf
leden bestaat, door u op voordracht van ons benoemd.
Hierbij was tevens bepaald dat als voorzitter, secre
taris en penningmeester respectievelijk werden voor
gedragen de wethouder van Sociale Zaken, de directeur
van de -toenmalige - Gemeentelijke Sociale Dienst en
een ambtenaar van de afdeling Financiën van de ge
meente Leeuwarden.
Inmiddels zijn de statuten gewijzigd. Artikel 5 lid 1
en 2 van de nieuwe statuten bepalen thans met betrek
king tot de gemeentelijke vertegenwoordiging:
'I Het bestuur bestaat uit tenminste negen en ten
hoogste elf leden.
2. De bestuursleden worden als volgt benoemd:
a. vijf leden, waaronder de voorzitter, de secre
taris en de penningmeester, door de raad van de
gemeente Leeuwarden op voordracht van het college
van Burgemeester en Wethouders.