c. het vaststellen en wijzigen van de Verordening tot het instellen van de Commissie; d. de stichting en opheffing van scholen, afdelingen en neven vestigingen; e. de overdracht of fusie van scholen; f. de nieuwbouw, ingrijpende verbouwing, wijziging van de bestemming en buitengebruikstelling van schoolgebouwen; g. goedkeuring beleidsplan en jaarverslag van de Commissie; h. het vaststellen van algemene rechtspositionele regelingen; i. het vaststellen vanverordeningen. 3. De Commissie is bevoegd ter uitoefening van haar taak zich door deskun digen met een adviserende stem te laten bijstaan of subcommissies in te stellen: - voor het uitbrengen van advies; - met het oog op de behartiging van bepaalde belangen van de aan de zorg van de Commissie toevertrouwde scholen. De Commissie regelt de bevoegdheden, samenstelling en werkwijze van deze subcommissies 4. De Commissie is uitsluitend bevoegd contractactiviteiten, zoals bedoeld in de Wet op het Voortgezet Onderwijs, uit te voeren op kostendekkende bas is 5. De Commissie is voorts bevoegd de Raad of het College gevraagd of ongevraagd te adviseren over alle aangelegenheden in verband met haar taak. 6. De verdeling van de bevoegdheden tussen de Commissie en (centrale) directie, c.q. de rector van de scholengemeenschappen, alsmede de taakomschrijving van de (centrale) directie c.q. de rector, zijn vastgelegd in door de Commissie voor de onderscheiden scholengemeen schappen vastgestelde directiestatuten. II. Samenstelling en werkwiize van de Commissie Artikel 5. Samenstelling De Commissie bestaat uit 12 leden. De Raad benoemt: 1 lid, voorgedragen door het gemeentebestuur van Dongeradeel 1 lid, voorgedragen door het gemeentebestuur van het Bildt 1 lid, voorgedragen C €L door het gemeentebestuur van Kollumerland - 2 leden, voorgedragen door het bestuur van de stichting 1 lid, voorgedragen door de medezeggenschapsraad van scholen cluster A - 1 lid, voorgedragen door de medezeggenschapsraad van scholen- cluster B - 5 leden, voorgedragen door het gemeentebestuur van Leeuwarden en waarvan tenminste één lid afkomstig is uit de Raad van Leeuwarden (wettelijk vereist). 3. De Commissie wordt samengesteld met in achtneming van ondermeer de volgende deskundigheden: onderwijskundige, financiële, juridische deskundigheden, deskundigheid op het gebied van huisvesting en op het terrein van nijverheid, indus trie en arbeidsverhoudingen; -2- 4. Voor ieder lid kan tevens een plaatsvervangend lid worden benoemd. Op de plaatsvervangende leden is het bepaalde in deze Verordening van overeen komstige toepassing. 5. Personen in dienst van de Commissie kunnen geen lid van de Commissie zijn. 6. Benoeming tot lid van de Commissie mag geen onverenigbaarheid van belangen opleveren. 7. De leden van de Commissie onderschrijven de doelstellingen van het openbaar onderwijs op de grondslag zoals geformuleerd in artikel 2. 8. Op de leden van de Commissie is artikel 26 gemeentewet omtrent verboden handelingen van overeenkomstige toepassing. 9. De vergaderingen van de Commissie kunnen worden bijgewoond door een vertegenwoordiging van de directies. Deze heeft in de vergaderingen een adviserende stem. De vergaderingen worden tevens bijgewoond door een in overleg met het College aan te wijzen ambtelijk secretaris. Deze is de Commissie in al haar werkzaamheden behulpzaam. Artikel 6. De Commissie kiest uit haar midden een voorzitter, secretaris, penningmeester en een algemeen plaatsvervanger. Aan de Commissie wordt een ambtelijk secretaris toegevoegd. Artikel 7. Zittingsperiode 1. Er is een aanvangsperiode van vier jaar ingaande bij de eerste benoeming van de Commissie. De daarbij benoemde leden hebben voor deze vier jaar zitting. Zij treden daarna af en zijn herkiesbaar met inachtneming van de leden 2 en 3. 2. Een dan in de Commissie benoemd lid heeft een zittingsperiode van vier jaar, waarna hij/zij aftreedt. Uitgezonderd voor die leden, zes in getal, die hetzij op grond van eigen voorkeur, hetzij aangewezen bij loting, een zittingsperiode van twee jaar zullen hebben. 3. Aftredende leden als bedoeld in het vorige lid zijn éénmaal herkies baar 4. Het lid dat door en uit de Raad wordt benoemd heeft een zittings periode die samen valt met die van de Raad en is verbonden aan het lidmaatschap van die Raad. Dit lid kan voor ten hoogste twee raadspe rioden zitting hebben. 5. Het lidmaatschap van de Commissie eindigt: a) op eigen verzoek; b) bij verlies van de hoedanigheid, op grond waarvan men is benoemd; c) ontslag door de Raad; d) vervallenverklaring van het lidmaatschap op grond van het in deze Verordening bepaalde omtrent de toepassing van artikel 26 gemeentewet e) onder curatele stelling; f) bij overlijden. 6. In een vacature wordt zo spoedig mogelijk voorzien overeenkomstig hetgeen in deze Verordening is bepaald omtrent benoeming. 7. Een commissielid dat ingevolge het vorige lid benoemd wordt, heeft zitting voor de nog resterende periode van degene in wiens plaats hij/zij benoemd wordt. -3-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1993 | | pagina 156