De commissie is alles overwegende van mening dat de Raad niet in redelijkheid tot het bestreden besluit heeft kunnen komen en adviseert de Raad het bezwaarschrift gegrond te verklaren. Leeuwarden, 6 mei 1993. Voorzitter, Secretaris, w.g. w.g. (drs. A.A.J.S. van de Gevel) (mevr. mr. W.A.Visser) 4 Nummer 8773 PdS DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; gelezen de brief van de Stichting Beeldende Kunst Friesland d.d. 12 maart 1993, waarin ingevolge de Wet Administratieve Rechtspraak Overheidsbeschikkingen een bezwaarschrift werd ingediend tegen de beslissing van de Gemeenteraad van 25 en 26 januari 1993, waarbij werd beslo ten het subsidie per 1 januari 1994 te beëindigen; overwegende dat het bezwaarschrift ingevolge artikel 2 van de Procedureverordening raadsadviescommissie voor de beroep- en bezwaarschriften om advies in handen is gesteld van de Raadsadviescommissie voor de beroep- en bezwaar schriften; dat de commissie in haar advies van 6 mei 1993, bijlage- nr. 125, hem adviseert het bezwaarschrift gegrond te ver klaren; dat hij zich met de overwegingen en het advies van de commissie kan verenigen; gelet op de Wet Administratieve Rechtspraak Overheids beschikkingen en de Procedureverordening raadsadviescommis sie voor de beroep- en bezwaarschriften; BESLUIT: 1. het bezwaarschrift van de Stichting Beeldende Kunst Friesland gegrond te verklaren; 2. zijn besluit van 25 en 26 januari 1993 tot de beëindi ging van het subsidie aan voornoemde stichting in te trekken. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1993 | | pagina 379