2. een hoogdrempelige inrichting
Een inrichting of gelegenheid als bedoeld in artikel
30c, eerste lid onder a en b van de Wet op de Kansspe
len, die het publiek in de eerste plaats pleegt te
bezoeken voor het nuttigen van alcoholhoudende drank,
danwel pleegt te bezoeken in verband met haar functie
als restaurant, zonder dat de inrichting een functie
vervult ten behoeve van of in verband staat met een
andere maatschappelijke activiteit.
3. een laagdrempelige inrichting
Een inrichting als bedoeld in artikel 30, eerste lid
onder a en b van de Wet op de Kansspelen, die niet
valt onder de omschrijving van hoogdrempelige inrich
ting, zoals weergegeven in deze verordening.
4vergunning
Een vergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet
op de Kansspelen.
2.3.IA.2
De Burgemeester kan per hoogdrempelige inrichting
vergunning verlenen voor het aanwezig hebben van ten
hoogste één kansspelautomaat.
23IA3
De Burgemeester kan per laagdrempelige inrichting
vergunning verlenen voor het aanwezig hebben van ten
hoogste één kansspelautomaat.
2.3.IA.4
De Burgemeester kan een vergunning voor het aanwezig
hebben van kansspelautomaten verlenen voor een termijn
van maximaal één jaar.
23IA5
De Burgemeester verleent geen vergunning ten behoeve
van een laagdrempelige inrichting, die wordt geëxploi
teerd in verband met - of een functie vervult ten
behoeve van - sportieve, educatieve, culturele en/of
sportief-recreatieve activiteiten en/of detailhan
delsactiviteiten, danwel in verband met een kampeer-
of caravanterrein, danwel in verband met een aanleg
plaats voor recreatievaartuigen of een strand- of
zonneweide voor het aanwezig hebben van een kansspel
automaat
2.3.IA.6
1. De Burgemeester verleent geen vergunning voor het
aanwezig hebben van kansspelautomaten in laagdrem
pelige inrichtingen, die op of na 1 januari 1994
worden opgericht en/of voor de eerste keer als
zodanig in gebruik worden genomen.
2
2. De Burgemeester verleent eveneens geen vergunning
voor het aanwezig hebben van kansspelautomaten in
laagdrempelige inrichtingen, die op of na 1 januari
1994 na een periode van minimaal één jaar niet als
zodanig te hebben gefunctioneerd, weer als zodanig
in gebruik worden genomen.
2.3.IA.7
Deze paragraaf is niet van toepassing op categorieën
van inrichtingen, die zijn aangewezen door een algeme
ne maatregel van bestuur op grond van de Wet op de
Kansspelen, als een inrichting of gelegenheid, waar
het aanwezig hebben van speelautomaten, die de bij
genoemde algemene maatregel van bestuur aan te wijzen
kenmerken bezitten, niet is toegestaan.
2.3.IA.8
De bepalingen van deze paragraaf zijn tot 1 januari
1995 niet van toepassing op inrichtingen, waarvoor ten
tijde van de inwerkingtreding van deze verordening een
aanwezigheidsvergunning is verleend voor één of meer
kansspelautomaten.
II. Dit besluit treedt in werking op de dag na haar afkon
diging.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
3