Blad 4
19448 GK/PJ
d. Er wordt onzorgvuldig met het milieu omgesprongen, door
bijvoorbeeld accu's op de stoep te zetten; men vreest
vervuiling door olie, verfresten, e.d.;
De vrees voor vervuiling is geen planologisch aspect. Ook
hier biedt de bestaande wetgeving voldoende mogelijkheden
om tegen eventuele overtredingen op te treden. De
geconstateerde activiteiten zijn overigens niet milieuver-
gunningplichtig
e. Gevreesd wordt, dat vooral in de zomer als veel buurtbe
woners naar de camping zijn, criminele activiteiten (in
braak) zullen toenemen;
De vrees voor criminele activiteiten is niet nader onder
bouwd en planologisch niet relevant.
f. Gevreesd wordt voor een toename van verkeersaantrekkende
activiteiten die de rust in deze woonbuurt zal verstoren;
Wij zijn het er mee eens, dat de activiteiten niet mogen
leiden tot een ontoelaatbare toename van het verkeer.
Uitgaande van de hobbysfeer waarin de activiteiten zich
moeten afspelen, de bouwmogelijkheden en de mogelijkheden
die de APV biedt om tegen excessen op te treden, zal het
aantal extra verkeersbewegingen naar onze mening beperkt
zijn. Voor een ontoelaatbare toename hoeft dan ook niet te
worden gevreesd.
Enkele bewoners hopen, dat door de bouw van de berging/hobby
ruimte een einde komt aan het schuren, werken e.d. op straat.
uitblijven reactie gemeente op bouwactiviteiten
De meeste briefschrijvers maken gewag van het in gebreke blij
ven van de gemeente op een moment dat duidelijk werd, dat bouw
activiteiten plaats vonden zonder vergunning. Daarover merken
wij het volgende op.
Het bouwwerk is zonder schriftelijke vergunning opgericht in
het weekeinde van 2 tot en met 4 april 1993. Enkele omwonenden
hebben op vrijdag 2 april 1993 bij Stadsontwikkeling en Milieu
gewag gemaakt van bouwactiviteiten op het betreffende perceel.
Bij controle op de daarop volgende maandag stond het bouwwerk
er al
Het ging daarbij om een geprefabriceerd bouwwerk dat normaliter
in enkele dagen geplaatst kan worden. Actie in de vorm van
bijvoorbeeld het stil laten leggen van de bouw had op dat
moment geen zin meer. Het was aanvrager overigens bekend, dat
ter verkrijging van de vergunning een vrijstellingsprocedure
noodzakelijk was.
Blad 5
19448 GK/PJ
Zoals gebruikelijk, hebben wij ons vervolgens beraden op de
vraag in hoeverre aan de ingediende bouwaanvraag medewerking
zou kunnen worden verleend en hebben omwonenden/belanghebbenden
in de gelegenheid gesteld eventuele bezwaren kenbaar te maken.
HQs en Hiem had inmiddels een positief welstandsadvies uitge
bracht
eindoordeel
Wij delen de vrees van omwonenden, dat activiteiten die verder
gaan dan hobby-activiteiten op of nabij het perceel Dennen
straat 14 kunnen leiden tot aantasting van het woonklimaat. De
activiteiten zullen zich dan ook uitdrukkelijk moeten beperken
tot de hobbysfeer.
Overlast op straat kan grotendeels worden ingeperkt op grond
van de APV.
Wij hebben geen stedebouwkundige bezwaren tegen een grotere
hobbyruimte/berging bij deze vrijstaande woning dan gebruike
lijk is. In onze afweging hebben wij mede betrokken, dat omwo
nenden geen bezwaar hebben tegen de omvang en de situering van
dit bouwwerk.
Gelet op de afwijking van het ter plaatse geldende bestemmings
plan zou de gevraagde bouwvergunning moeten worden geweigerd
wegens strijd met dit plan.
Gelet op vorenstaande, stellen wij u evenwel voor onder de
genoemde voorwaarde medewerking te verlenen aan het bouwplan en
de daarvoor noodzakelijke procedure op te starten.
Teneinde daadwerkelijk medewerking te kunnen verlenen aan het
bouwplan, is het noodzakelijk dat voor het betreffende perceel
een voorbereidingsbesluit wordt genomen.
Een dergelijk besluit biedt de grondslag om vrijstelling te
verlenen van het geldende bestemmingsplan conform artikel 19
van de Wet op de Ruimtelijke Ordening.
Na ontvangst van een daartoe strekkende verklaring van geen
bezwaar van Gedeputeerde Staten kan vrijstelling worden ver
leend en tot vergunningverlening worden besloten.
