Blad 22
Artikel 2.45
1. De bijdrage ineens bedraagt 452 van de bij de verstrek
king van de geldelijke steun door Burgemeester en Wet
houders goedgekeurde kosten van de voorzieningen.
2. De bijdrage ineens op termijn bedraagt 1002 van de bij
de verstrekking van de geldelijke steun door Burgemees
ter en Wethouders goedgekeurde kosten van de voorzie
ningen.
3. In afwijking van het gestelde in het tweede lid bedraagt
de bijdrage ineens ingeval van eigendomsoverdracht, voor
de afloop van de termijn, bedoeld in artikel 2.80, de
door de gemeente ten behoeve van de uitkering op termijn
belegde gelden inclusief de hierop door de gemeente tot
aan het moment van verkoop verkregen rentebaten, mits
aan de voorwaarden en verplichtingen, zoals in deze
verordening bepaald, wordt voldaan.
4. Indien toepassing wordt gegeven aan het vorige lid wordt
voor de administratieve afhandeling f 250,- in rekening
gebracht
5. In bijzondere gevallen kunnen Burgemeester en Wethouders
aanvullende geldelijke steun toekennen of verstrekken.
Artikel 2.46
Geldelijke steun wordt slechts toegekend en verstrekt
indien
le. de woning na het treffen van de voorzieningen voldoet
aan het kwaliteitsniveau zoals dat is omschreven in
het programma van eisen;
2e. de woning na het treffen van de voorzieningen uit het
oogpunt van monumentenzorg aan redelijke eisen van
welstand voldoet.
Artikel 2.47
In afwijking van het in artikel 1.6 lid 2 gestelde geven
Burgemeester en Wethouders voorrang aan aanvragen met
betrekking tot welke een convenant is aangegaan.
Artikel 2.48
1. De geldelijke steun wordt toegekend en verstrekt onder
de voorwaarde dat:
a. de eigenaar, alsmede de rechtsopvolger, de woning
deugdelijk zal onderhouden, inhoudende dat de eige
naar, alsmede de rechtsopvolger, lid wordt en blijft
van de Stichting Monumentenwacht Friesland, onder de
verplichting om de in een rapport van de Stichting
Monumentenwacht Friesland geconstateerde bouwkundige
gebreken onverwijld te (laten) herstellen;
Blad 23
b. de eigenaar, alsmede de rechtsopvolger, de eigendom
van de woning niet laat overgaan op een derde tenzij
voor een zodanige eigendomsoverdracht vooraf door
Burgemeester en Wethouders toestemming is verleend;
c. de woning waaraan de voorzieningen zijn getroffen
niet wordt gesloopt of aan de bestemming tot woning
wordt onttrokken, dan wel wordt onttrokken aan de be
stemming om gedurende het gehele jaar door dezelfde
persoon of personen te worden bewoond.
2. De voorwaarden in dit artikel gelden gedurende een
periode van 15 jaar na de verstrekking van de geldelijke
steun.
3. De toestemming, bedoeld in het eerste lid onder b, wordt
verleend indien:
a. bij de eigendomsoverdracht de voorwaarden en ver
plichtingen, zoals in deze verordening bepaald, mede
worden overgedragen, en,
b. leningen welke, ter financiering van de kosten van de
voorzieningen, door de eigenaar dan wel de rechtsop
volger, zijn aangegaan en waarbij de betaling van
rente en aflossing door of vanwege de gemeente op
enigerlei wijze is gegarandeerd, voor de eigendoms
overdracht, algeheel worden afgelost.
4. Burgemeester en Wethouders kunnen voorwaarden verbinden
aan de toestemming, bedoeld in het eerste lid onder b.
Artikel 2.49
1. Ten behoeve van het ontwikkelen van plannen voor de
restauratie van woonhuismonumenten kan aan de eigenaar
geldelijke steun worden toegekend en verstrekt. De
geldelijke steun wordt verstrekt als bijdrage ineens.
2. De geldelijke steun bedraagt:
a. ten hoogste f 2.500,- wanneer de kosten van de voor
zieningen een bedrag van f 100.000,- niet zullen
overschrijden;
b. ten hoogste f 5.000,- wanneer de kosten van de voor
zieningen meer zullen bedragen dan f 100.000,- maar
een bedrag van f 150.000,- niet zullen overschrijden;
c. ten hoogste f 7.500,- wanneer de kosten van de voor
zieningen meer zullen bedragen dan f 150.000,-.
3. De geldelijke steun, bedoeld in het eerste lid, wordt
slechts verstrekt indien:
a. Burgemeester en Wethouders hebben verklaard dat over
eenstemming bestaat over de planvoorbereiding;
b. de eigenaar heeft verklaard dat indien het plan niet
wordt uitgevoerd het gehele of ten dele ontwikkelde
plan aan de gemeente ter beschikking wordt gesteld en
haar eigendom wordt.