Onder vermelding dat de Commissie voor Cultuur, Sport en Recreatie in haar
vergadering van 30 juni 1993 is gehoord en heeft geadviseerd met onze
voorstellen in te stemmen, stellen wij U voor te besluiten overeenkomstig
de hierbij gevoegde ontwerp-besluiten
Leeuwarden, 1 juli 1993.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
Mr. G.J. te Loo, Burgemeester.
Mw. ir. J.A. LantermansSecretaris.
Nummer 12377
PdS
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van
1 juli 1993 (bijlage nr. 152);
BESLUIT:
aan de NV Frigem Noord West Friesland, gevestigd te
Leeuwarden, voor het tijdvak eindigende op 31 december
2030, het zakelijk recht van opstal te verlenen op de voor
de bouw van een tweetal windmolens en/of de aanleg van
bestrating en beplanting benodigde grond gelegen in het
"Groene Ster"-gebied, uitmakende twee ter plaatse nader
aangegeven (aan te geven) gedeelten (elk ter grootte van
ongeveer 49 centiare) van het perceel kadastraal bekend
gemeente Leeuwarden, sectie L, nummer 1899, welke
perceelsgedeelten op de bij dit besluit behorende tekening
indicatief zijn aangegeven, zulks onder de navolgende
bepalingen en bedingen.
1. Het opstalrecht wordt gevestigd voor het tijdvak
ingaande op de dag van het verlijden van de voor het
verlenen (levering) van het opstalrecht benodigde
notariële akte en eindigende op 31 december 2030.
2. Voor de verlening van het opstalrecht is de
opstalhouder generlei vergoeding aan de eigenaar
verschuldigd.
3.a. Het opstalrecht zal uitsluitend bestaan in het mogen
stellen en in eigendom hebben in, op of boven de
grond (en gedurende de duur van het opstalrecht mogen
gebruiken overeenkomstig de normale bestemming) van
twee windmolens, bestrating en beplanting;
b. deze op de grond te stichten/aan te brengen gebouwen
en/of werken en/of beplantingen moeten binnen 2 jaar
na de dag van het verlijden van de voor het verlenen
(levering) van het opstalrecht benodigde notariële
akte ten genoegen van Burgemeester en Wethouders van
Leeuwarden zijn voltooid/aangebracht; indien daartoe
aanleiding bestaat, kan deze termijn door
Burgemeester en Wethouders voornoemd worden verlengd;
c. indien na verloop van de in lid b bedoelde termijn
een aanvang is gemaakt met de bebouwing en/of het
aanleggen van de werken en/of beplantingen, en meer
dan 50% hiervan gereed is, verlenen Burgemeester en
Wethouders voornoemd uitstel van de verplichting tot
