18 van het Cambuurstadion en de aanleg van de kunststofatletiekbaan, is of kan binnenkort een verbetering c.q. renovatie tot uitvoering worden gebracht. In de eerstkomende twee jaar zullen ten aanzien van de sector Sport en Recreatie ingrijpende organisatorische en daarmee ook beheersmatige wijzigingen worden door gevoerd. Deze zijn gericht op het samenvoegen van de sector Sport, Recreatie en Toerisme met de Dienst Stadsbeheer en delen van de Dienst Stadsontwikkeling en Milieu en het daarna, mede op basis van een nader onderzoek, oprichten van een B.V. Beheer. De verwachting is gewettigd, dat op basis van deze organisatorische wijzigingen een efficiënter en nog meer marktgerichte exploitatie van gemeentelijke voorzieningen mogelijk wordt Inmiddels is duidelijk geworden, dat het zwembad "De Blauwe Golf' niet direct die aantrekkingskracht op het zwemmend/recreatiezoekend publiek in Leeuwarden en om geving heeft, die aanvankelijk werd verwacht. Met gerichte acties en P.R.-campagnes zal een verbetering ter zake moeten worden bewerkstelligd. Daarnaast is het ook duidelijk dat het gebruik door het voortgezet onderwijs van gemeentelijke sporlvoorzieningen onder invloed van rijksbezuinigingen gestaag terug loopt, hetgeen direct tot inkomstenverlies leidt. Inmiddels hebben wij aan het Instituut voor Service Management (gelieerd aan de School voor Vrijetijdswetenschappen) opdracht gegeven een onderzoek te verrichten naar de exploitatiemogelijkheden van het totale sportcomplex Kalverdijkje. Recreatie/Toerisme Het beleid op het terrein van de recreatie wordt in belangrijke mate bepaald door het in 1989 vastgestelde Investeringsplan Recreatieve Voorzieningen en de op basis daarvan vastgestelde speerpunten, te weten de aanleg van het Leeuwarder Bos, de uitbreiding en herinrichting van de Groene Ster en de uitwerking van de stadsgewestelijke Blauwe Zone-plannen. De aanleg van het Leeuwarder Bos bevindt zich in een eindfase en zal in 1994 worden afgerond. Op dat moment is rond 130 ha recreatiegebied aangelegd. De uitbreiding van de Groene Ster zal voor wat betreft het gebied voor intensieve recreatie in de loop van 1995 worden afgerond. De aanleg van de grote waterpartijen door middel van zandwinning zal evenwel nog langere tijd, tot het jaar 2000, vergen. De stadsgewestelijke plannen 'De Blauwe Zone' zullen na een intensieve inspraak ronde in de loop van 1994 worden vastgesteld. Op basis van deze plannen zal een belangrijke verbetering van het woon-, werk- en leefklimaat in het stadsgewest Leeuwarden worden bewerkstelligd. Het beleid op het terrein van toerisme zal ook de komende jaren worden bepaald door de door u vastgestelde Nota Toeristisch Beleid en de daarop gebaseerde Nota Cultuur toerisme. Op basis hiervan heeft inmiddels een uitwerking plaatsgevonden van het thema Leeuwarden Hofstad. Voor de komende twee jaar zal het beleid erop gericht zijn het thema Nassaustad in samenwerking met andere Nassausteden in Europa verder uit te werken. In een, in het komende jaar uit te brengen, notitie Kamperen in Leeuwarden zullen wij u ondermeer informeren over de mogelijkheden van het inrichten en exploiteren van een stadscamping. Algemene hoofdlijnen van beleid 19 Tenslotte is het in dit kader van belang te vermelden dat in 1994 het Otterstation zijn poorten zal openen, terwijl er daarnaast verwacht mag worden dat eind 1994, begin 1995 de realisatie van een Mata Hari-museum zal plaatsvinden. 1.3.8 Stadsbeheer De openbare ruimte in onze gemeente wordt beheerd door de Dienst Stadsbeheer. Deze beheerstaken hebben betrekking op de totale leefomgeving: het openbaar groen, de straten en wegen en de waterwegen. In de komende beleidsperiode zijn er met betrekking tot deze beheerstaken de volgen de drie ontwikkelingen van belang: - het integraal wijkbeheer; - de beheersplannen; - de verzelfstandiging van beheerstaken. Integraal wijkbeheer De laatste jaren zijn al diverse initiatieven ontwikkeld om meer inhoud te geven aan het begrip integraal wijkbeheer. Zo zijn in het kader van sociale vernieuwing buurton- derhoudsploegen voor een periode van 2 jaar in het leven geroepen. Daarnaast zijn de reguliere onderhoudsafdclingen meer geografisch ingedeeld onder het motto decentraal, tenzij. Dit proces van decentralisering zal de komende jaren worden voortgezet, waarbij elke keer een afweging plaats vindt bij de keuze van de schaalgrootte. Naar de bewoners toe zal duidelijk gemaakt worden wie en waar het aanspreekpunt is voor vragen, sugges ties en klachten. Daarnaast zal de stadsdeelcordinator het bestuurlijk overleg voortzetten met de wijkverenigingen. Communicatie met de burger verdient onze aandacht. Beheersplannen Bij het beheren van de stad wordt het steeds belangrijker om bedrijfsmatig te werken, met name nu de beschikbare middelen beperkter zijn. In verband hiermee wordt per werkveld een beleidsplan opgesteld. Als voorbeeld noemen wij het baggerbeleidsplan, het gemeentelijk rioleringsplan en het groenbeleidsplan. Vervolgens wordt door middel van beheersplannen meer structuur gegeven aan het beheer, teneinde meer inzicht te krijgen in het effect van bepaalde maatregelen. Bovendien wordt daarmee duidelijk welke maatregelen getroffen moeten worden voor de effectuering van vastgesteld beleid. Naast de genoemde 'grote' werkvelden zullen ook op deelterreinen beheersplan nen worden gemaakt, zoals voor het beheer van beschoeiingen en walmuren, vrijliggen- de fiets- en voetpaden, enzovoort. Verzelfstandiging Bij het invullen van de bezuinigingsopdracht in het kader van de begroting 1994 heb ben wij het ontzien van de leefomgeving als uitgangspunt gehanteerd. Desondanks heb ben wij moeten besluiten tot een korting op een aantal onderhoudsbudgetten. De afgelopen jaren zijn reeds diverse maatregelen getroffen om met lagere onder houdsbudgetten toch een zo hoog mogelijke kwaliteit van de leefomgeving te realiseren. Het betreft organisatorische maatregelen, zoals een kleinere kcmbczetting en het meer uitbesteden van werkzaamheden. Maar ook efficicncy-maatrcgelen en aanvullende pro- Algemene hoofdlijnen van beleid

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1993 | | pagina 14