Verhardingen binnen en buiten de bebouwde kom (210.0) Parkeren (210.1) Bruggen, tunnels en viaducten (210.2) 20 voorwaarde voor het slagen van dit project is dat de wijkbewoners zich betrokken gaan voelen. Pas wanneer de individuele bewoner zich verantwoordelijk voelt voor zijn/haar eigen wijk en bereid is mee te denken en te werken kan er echt iets veranderen aan de leefomgeving in een wijk. Juist door samenwerking tussen meerdere partijen zoals gemeente, bewoners, wijkverenigingen en woningbouwverenigingen is het mogelijk de huidige situatie structureel te verbeteren. Hiermee samenhangend ligt ons besluit vier stadsdeelcoördinatoren aan te stellen (voorlopig voor twee jaar). Veel wijkverenigingen, burgers en bedrijven merken op dat zij slecht geïnformeerd zijn over de plannen van de gemeente met hun wijk of straat. Bij ingrijpende wijzigingen wordt (uiteraard) wel een hoorzitting gehouden, maar een totaal overzicht in plannen per wijk ontbreekt De afgelopen twee jaar heeft de coördinator buurtbeheer en wijkaangelegenheden de contacten met de 34 wijkverenigingen op bestuurlijk niveau onderhouden. Daarbij inventariseert hij de structurele problemen die door de wijkvertegenwoordiging worden aangekaart. Vervolgens zoekt hij uit welke gemeentelijke dienst hierover het beste de wijk kan informeren. De vier stadsdeelcoör dinatoren (waarvan de bovengenoemde coördinator wijkaangelegenheden deel van gaat uitmaken) zullen een meer actieve rol in dit communicatieproces gaan vervullen. Zij zullen ook binnen de gemeentelijke instellingen uitzoeken welke plannen er voor een wijk in voorbereiding zijn. Per wijk zal vervolgens een meerjaren activiteitenprogram ma opgesteld worden. De wijkteams zullen hun onderhoudswerkzaamheden afstemmen op het activiteitenprogramma. Het heeft bijvoorbeeld weinig zin te herstraten wanneer de riolering in die straat een volgend jaar wordt vernieuwd. Door de effectuering van de herziening van het wegenbeheer op 1 januari 1993 zullen wegen met een totale lengte van plm. 20 km door het Rijk, de provincie en diverse waterschappen aan de gemeente in beheer en onderhoud worden overgedragen. De belangrijkste objecten hierbij zijn de Groningerstraatweg (van voormalig Vrijheidsplein tot Anne Vöndelingweg), een gedeelte van de Harlingerstraatweg en de Drachtsterweg. De van de waterschappen over te nemen wegen liggen hoofdzakelijk ten zuiden en ten westen van de stad. De ruilverkaveling "de Oude Jokse" zal binnen enkele jaren worden voltooid. Thans resten wat onze gemeente betreft nog enkele recreatieve voorzieningen, waarvan de uit voering in 1993/1994 zal plaatsvinden. Gelet op het regeringsbeleid voor de landbouw verwachten wij niet dat de ruilverka veling "Baarderadeel", waarvan ook het westelijk gedeelte van het gemeentelijk grond gebied deel uitmaakt, in deze beleidsperiode van start zal gaan. Financiële voorzienin gen worden derhalve daarvoor niet getroffen. Op basis van de "Leidraad voor gemeente en nutsbedrijven inzake (her-)straatwerk- zaamheden" en het daarover uit te brengen Nidig-Friesland-advies verwachten wij de reeds jaren slepende kwestie van de sleuventarieven met de nutsbedrijven binnen afzienbare termijn tot een oplossing te brengen. Beleidsvoornemens per hoofdfunctie 21 De mechanische onkruidbestrijding op verhardingen is in 1992 op basis van het aan genomen plan van aanpak inmiddels in gang gezet Naar aanleiding van dit plan is het beschikbare budget aangepast daar dit nog gebaseerd was op bestrijding met chemische middelen. Wij zullen de komende jaren de werkmethoden verder ontwikkelen op basis van de ervaringen die worden opgedaan. Bij het vegen van de openbare verhardingen zijn met betrekking tot bepaalde deelas pecten andere werkmethoden geprobeerd met het doel de beperkte middelen optimaal te verdelen. Zo heeft de zwerfvuilbestrijding langzamerhand een duidelijke plaats gevon den binnen de organisatie, waarbij de frequentie van het 'prikken' is aangepast De hui dige wijze van werken voldoet goed en zal naar verwachting in 1993 worden voortge zet Verder hebben wij afgezien van ons eerder voornemen het legen van papierbakken uit te besteden. Het blijkt dat grote bekendheid met de stad een zodanige vereiste is dat de eigen medewerkers het beter kunnen blijven uitvoeren. Daarenboven zijn er 4 banenpoolers aangetrokken die assisteren bij het schoon hou den van de gemeente. De aanwezige banenpoolers voldoen goed. Wij streven er naar het aantal nog verder uit te breiden. In 1993 zullen wij een onderzoek naar een goede wijkindeling ten behoeve van het straatvegen starten. Daarbij zal het probleem van geparkeerde auto's de nodige aandacht krijgen. In voorbereiding is het Parkeerbeleidsplan. In dit beleidsplan wordt het te voeren par keerbeleid verwoord, rekeninghoudend met ondermeer het rijksbeleid en de in het Raamplan Vervoerregio Friesland vastgelegde beleidsuitgangspunten. Dit Parkeerbeleidsplan vormt tevens het beleidskader voor de uitvoeringsplannen op het gebied van parkeren. Het Parkeerbeleidsplan zal in 1993 aan u worden voorgelegd. Parallel aan de opstelling van het Parkeerbeleidsplan is in 1992 de voorbereiding ter hand genomen van de invoering van betaald- en vergunningparkeren rond het centrum en de invoering van de fiscale afdoening van betaald parkeren. Met het op 1 januari 1993 van kracht worden van de Parkeerverordening 1993 en de verordening Parkeerbelasting 1993 is het fiscaliseren van betaald parkeren in Leeuwarden ingevoerd. Omtrent het betaald- en vergunningparkeren in de Schilgebieden zullen wij u begin 1993 een voorstel doen toekomen. Het vervangen van de houten brugdekken zal ook in de komende beleidsplanperiode enkele malen plaatsvinden. Gelet op de huidige onderhoudstoestand zal de Noorderbrug in de komende beleidsperiode aan de orde komen. Tevens komt onder meer de Wirdumerpoortsbrug aan de orde. Ten aanzien van de brugbediening wordt er naar gestreefd om voor de stadsroute te komen tot een beperkte bediening op afroep en dat alleen voor bestemmingsverkeer. Beleidsvoornemens per hoofdfunctie

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1993 | | pagina 13