beleidsdeel
8
Hoofdstuk 2 BELEIDSONTWIKKELING
Het beleid van Stadsbeheer dient bij te dragen aan de door het gemeentebestuur
middels het collegeprogramma 1994 - 1998 vastgestelde doelstellingen m.b.t. de
bestuurlijke, sociale-, en organisatorische vernieuwing. De uit het "LIS" project te
initiëren vernieuwingsprocessen moeten door een duidelijke samenhang een
versterkende werking hebben. Vanuit de concern-doelstellingen zijn er een aantal
speerpunten van beleid die betrekking hebben op taken die specifiek samenhangen
met de beleidsvelden van Stadsbeheer.
2.1. Ontwikkelingen.
In 1994 is een nieuwe gemeenteraad gekozen en een nieuw college van
burgemeester en wethouders gevormd. Raakvlakken met het in het
collegeprogramma 1994 - 1998 geformuleerde beleid zijn, o.a.:
2.1.1. Leefbaarheid.
De directe woonomgeving moet vooral schoon en voorzien zijn van voldoende
groen, speel- en recreatieve voorzieningen, een doelmatige verlichting en veilig
begaanbare verhardingen.
2.1.1. Actie.
m Het opstellen van- en uitvoering geven aan een geïntegreerd plan van
wijkgericht werken. Het versterken van de betrokkenheid van de bewoners bij de
eigen leefomgeving o.a. door het zoeken van een open dialoog over de wijkplannen
met de bewonersorganisaties.
2.1.2. Werkgelegenheid.
Een groot deel van de werkgelegenheid in de provincie Friesland bevindt zich
binnen de grenzen van Leeuwarden. Desondanks is het werkeloosheidspercentage al
jaren onaanvaardbaar hoog (22%). Bevordering van de werkgelegenheid is dan ook
nodig.
2.1.2. Acties.
1) Het versterken van de samenwerking van Stadsbeheer met de Sociale
Werkvoorziening.
2) Het bieden van werkervaringsplaatsen in't kader van de banenpool en
J.W.G A&O.
3) Plaatsing alternatief gestraften.
Eén van belangrijkste criteria bij de afweging van het maximaal aantal plaatsingen
vormt het absorptievermogen van de organisatie, d.w.z. de mate waarin de
medewerkers van de dienst in staat zijn adequate begeleiding te leveren.
2.1.3. Gezonde financiële huishouding.
1) De verhouding tussen gemeentelijke belastingen en heffingen en de
gemiddelde inkomenspositie van de inwoners, is zodanig, dat bij
verhoging van de tarieven uiterste terughoudendheid moet worden
betracht.
beleidsdeel
9
2) De versterking van de effectiviteit van het ambtelijk apparaat krijgt
gestalte middels de operatie "Leeuwarden in Stelling".
3) Uitvoerende taken worden in principe uitbesteed. De onderdelen van de
gemeentelijke organisatie die als verzelfstandigde organisatie beter en/of
goedkoper kunnen werken komen in principe voor privatisering in
aanmerking
2.1.3. Acties.
1) Bewaking van efficiëncy en effectiviteit van de uitvoering middels
beheerplannen voor wegen, riolering, groen en verkeersborden e.d.
Onderzoek naar invoering van een gedifferentieerd tarief voor de
afvalstoffenheffing en het rioolrecht uiterlijk per 01-01-1996.
2) Verbeteren informatiecyclus door invoering van:
perspectiefnota
productenbegroting
goede en volledige managementsrapportages.
3) Medio 1994 wordt een onderzoek gestart naar de mogelijkheid tot
verzelfstandiging van de taken die betrekking hebben op het beheer van
de niet bebouwde omgeving. In dit onderzoek zijn tevens de taken van
Sport en Recreatie en een aantal taken van de sector Stadsontwikkeling en
Milieu betrokken. Bij een positieve uitkomst van dit onderzoek zal in
1995 een traject worden voorbereid met als doel de alsdan in aanmerking
komende beheerstaken met ingang van 1996 te verzelfstandigen.