RISICOPARAGRAAF
Binnen het werkveld van de dienst Economische- en Sociale Zaken is sprake van de volgende
risicogebieden:
1. De geraamde uitkeringsbedragen:
De geraamde uitkeringsbedragen zijn gebaseerd op een tweetal kengetallen:
a. het verwachte gemiddeld aantal uitkeringsgerechtigden op jaarbasis
b. het verwachte gemiddelde uitkeringsbedrag
ad a) Het gemiddeld aantal uitkeringsgerechtigden is sterk afhankelijk van de economi
sche situatie c.q. de ontwikkeling van de werkgelegenheid.
In totaliteit wordt over de beleidsperiode per jaar rekening gehouden met 6240
uitkeringsgerechtigden (exclusief WBO), verdeeld over de verschillende uitkerings
regelingen.
Een variatie van b.v. 100 uitkeringsgerechtigden betekent een aanpassing op de
geraamde bedragen van ongeveer 2,2 min en heeft voor 10% (dit is het gemeen
telijk aandeel) invloed op de gemeentebegroting.
ad b) Het gemiddelde uitkeringsbedrag per kliënt op jaarbasis is gebaseerd op gegevens
van voorgaande jaren, aangepast aan de loon- en prijsontwikkeling.
Schommelingen in de samenstelling van het kliëntenbestand als ook aanpassingen
in de feitelijke uitkeringsniveaus kunnen invloed hebben op het gemiddelde
uitkeringsbedrag.
2. De W.V.G.:
De verwachte uitgaven in het kader van de W.V.G. zijn gebaseerd op rekenmodellen,
waarin tal van prognoses en aannames zijn verwerkt. De komende periode moet blijken in
hoeverre deze in positieve dan wel negatieve zin moeten worden bijgesteld.
Van invloed hierop is het feitelijk aantal mensen, dat van de W.V.G.-regeling gebruik
maakt en de ontwikkeling van de kosten van nieuw voorgestelde regelingen (verhuiskos
tenregeling voor woningaanpassing, huurdervingsvergoedingsregeling).
De W.V.G. draagt een "open eind" karakter. Dit betekent dat zowel positieve- als
negatieve ontwikkelingen in het uitgavenpatroon rechtstreeks invloed hebben op de
gemeentebegroting.
85