Verlengen geldigheidsduur van de subsidieverordening Buurt
en wijkwerk tot 1 januari 1995.
Bijlage nr. 7
Aan de Gemeenteraad.
In uw vergadering van 7 december 1992 hebt u besloten de
subsidieverordening Buurt- en wijkwerk vast te stellen en
in werking te laten treden op 1 januari 1993.
In deze verordening wordt voor de bepaling van de hoogte
van het organisatie- en activiteitensubsidie uitgegaan van
het zogenaamde 1-2-4-8 subsidieverdeelsysteem, waarbij voor
de bepaling van de mate van achterstand van de wijken de
sociaal-economische score (SE-score) uit het jaar 1987 ge
bruikt wordt.
In bovengenoemde vergadering hebt u tevens gesteld dat de
onderhavige verordening slechts één jaar (te weten 1993)
geldend is en hebt u ons opdracht gegeven in 1993 in over
leg met de buurt- en wijkorganisaties een nieuw subsidie
verdeelsysteem te ontwikkelen in samenhang met het te ver
richten onderzoek naar de vermindering van het aantal
buurt- en wijkaccommodatiesHet nieuwe subsidieverdeelsys
teem zou ingevoerd moeten worden per 1994.
Het bovengenoemde onderzoek, waartoe u besloten hebt in het
kader van de Herwaardering 1992 - 1996, is thans in volle
gang; conform de onderzoeksopdracht zal het onderzoek nog
dit jaar worden afgerond.
Wij verwachten dat de besluitvorming in de Raad over ver
mindering van het aantal buurt- en wijkaccommodatiesgeba
seerd op de uitkomsten van het onderzoek, in de eerste
helft van 1994 kan plaatsvinden.
Begin mei 1993 hebben wij u in het kader van de Herwaarde
ring 1993 - 1997 voorgesteld om het organisatie- en activi
teitensubsidie ten behoeve van het buurt- en wijkwerk te
beëindigen.
In overleg met de portefeuillehouder is toen besloten de
ambtelijke voorbereiding tot een nieuw subsidieverdeelsys
teem te stoppen.
Dit omdat het ontwikkelen van een nieuw verdeelsysteem c.q.
van een nieuwe verordening veel tijd zou vergen, terwijl
deze verordening dan slechts één jaar (te weten 1994) gel
dend zou zijn.