Blad 4
71 IRJ
Sinds de oprichting van de GKB-F in 1951 is de gemeente
Leeuwarden nauw betrokken bij deze bank. Statutair is bepaald
dat vijf leden van het bestuur, onder wie de voorzitter, de
secretaris en de penningmeester, door u worden benoemd.
Daarnaast dienen de begroting en de jaarrekening van de GKB-F
door u te worden goedgekeurd.
Door de directe bestuurlijke verantwoordelijkheid bij de GKB-F
heeft de gemeente een evenredige invloed op het beleid van de
bank
Uit een oogpunt van efficiëntie en effectiviteit is het voor
de GKB-F wenselijk om met één gemeente te overleggen. De GKB-F
zou niet adequaat kunnen functioneren als bij alle
beslissingen meer gemeenten betrokken zouden moeten worden.
De gemeente Leeuwarden geeft bovendien door haar specifieke
betrokkenheid bij de GKB-F inhoud aan de extra
verantwoordelijkheid, die voortvloeit uit haar centrumfunctie.
Bij de beoordeling van het verzoek tot verhoging van het
kredietplafond dient uitdrukkelijk te worden onderzocht of
hierdoor voor de gemeente financiële risico's ontstaan. Hierop
wordt in het vervolg ingegaan.
3.3.3. Financiële risico's
Over de risico's die aan een verhoging van de kredietlimiet
zijn verbonden merken wij het volgende op.
Aan de kredietlimietverhoging dient de voorwaarde te worden
verbonden dat de kredietverlening voor de gemeente budgettair-
neutraal geschiedt en dat de financieringsmiddelen in
verhouding tot de door de GKB-F uitgezette middelen worden
verstrekt. Daarnaast zal als voorwaarde moeten gelden dat de
GKB-F uitsluitend in de persoonlijke kredietbehoefte mag
voorzien en dat zakelijke kredietverlening derhalve is
uitgesloten
Tot slot zal de GKB-F per kwartaal aan ons een opgave moeten
doen over onder anderr ~tand van zaken met betrekking tot
de uitgezette middelen, de terugbetaalde middelen, de
achterstand in de terug te betalen middelen en de niet-
invorderbare middelen. Op die manier kunnen op een
verantwoorde wijze verzoeken van de GKB-F om binnen de
kredietlimiet financieringsmiddelen op te nemen worden
beoordeeld
3.4. Voorstel
Gelet op het vorenstaande stellen wij u voor het verzoek van
de GKB-F te honoreren zodat zij in staat kan worden gesteld
het door haar voorgestane beleid te realiseren.
Om directer te kunnen inspelen op de ontwikkelingen op de
financiële markt stellen wij u tevens voor ons College te
machtigen de nadere vorm waaronder de middelen (langlopend
krediet of kasgeldlening) beschikbaar worden gesteld te
bepalen
Blad 5
71 IRJ
In dit verband merken wij nog op dat u op 4 oktober 1993 heeft
besloten de limiet tot waartoe de GKB-F kasgeld van de
gemeente Leeuwarden kan opnemen is verhoogd van f 5 miljoen
gulden tot maximaal f 8 miljoen gulden.
De directeur van de GKB-F heeft ons mondeling verzocht om de
kasgeldlening tot een limiet van f 8 miljoen gulden te
wijzigen in een lening waarvan de vorm eveneens afhankelijk is
van de ontwikkelingen op de financiële markt.
Wij stellen u voor aan dit verzoek te voldoen en ook in dit
geval ons college te machtigen ten aanzien van de nadere vorm
waaronder deze middelen beschikbaar worden gesteld.
Over de afbouw van de gemeentelijke vergoedingsregeling voor
door de GKB-F in behandeling genomen schuldhulpverlenings-
verzoeken merken wij het volgende op.
Gelet op het positieve saldo dat de GKB-F voor 1994 in haar
begroting raamt, de in haar Beleidsplan 1994-1996 gedane
voorstellen en de Meerjarenraming 1995-1997, stellen wij u
voor de vergoedingsregeling met ingang van 1994 af te bouwen.
Om de GKB-F in staat te stellen de voorstellen in haar
beleidsplan uit te voeren, zullen wij het bestuur van de bank
verzoeken ons een afbouwregeling vanaf 1994 voor te leggen.
Tot slot delen wij u nog mede dat de Begroting 1994, het
Beleidsplan 1994-1996 en de Meerjarenraming 1995-1997 van de
GKB-F voor u ter inzage zijn gelegd.
Het voorstel is op 7 maart 1994 in een gezamenlijke
vergadering van de Commissie Economische en Sociale Zaken en
de Commissie Middelen ter advisering voorgelegd.
De commissies adviseren u met dit voorstel akkoord te gaan.
Resumerend stellen wij u voor te besluiten overeenkomstig het
bijgevoegde ontwerp-besluit
Leeuwarden, 17 maart 1994
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
drsH.H. Apotheker Burgemeester.
mwir. J.A. Lantermans
Secretaris