Blad 6 Reclamant doelt hiermee kennelijk op de bestemming "Gemeng de doeleinden", die in het bestemmingsplan "Goutum-Noord" aan deze grond gegeven is. In ons voorstel van 7 januari 1993 inzake de vaststelling van het zojuist genoemde bestemmingsplan (bijlage nr. 20) zijn wij reeds uitvoerig op een en ander ingegaan (rubrieken 18 en 19). Bedoeld voorstel ligt voor u bij de stukken ter inzage. Onder ande re hebben wij opgemerkt, dat ten noorden van de Wergeaster- dyk een groenstrook van ca. 80 m blijft gehandhaafd, alsme de dat ten zuidoosten van de Brédyk bebouwing is geprojec teerd (Gemengde doeleinden). Wij hebben daarbij ook opge merkt, dat in de toelichting bij het bestemmingsplan, de beleidsuitgangspunten, die ten grondslag liggen aan het plan Goutum-Noord, worden uiteengezet. "Uit deze toelich ting kan ook worden opgemaakt, dat het huidige beleid op diverse onderdelen niet meer spoort met de Dorpennota. Ove rigens kan worden opgemerkt, dat in de Dorpennota nergens wordt bepaald dat de grond langs de Brédyk onbebouwd en groen zou moeten blijven" Voorts hebben wij nog opgemerkt, dat de bedrijven die hier gepland zijn - met een hoogte van maximaal 9 m - zeker als geluidsscherm kunnen fungeren. Gedeputeerde Staten hebben deze bestemming niet alleen goedgekeurd, maar in hun goed keuringsbesluit onder andere opgemerkt, dat "de onderhavige bebouwing zelfs noodzakelijk is, conform het bepaalde in artikel 3 lid 6, voor de realisatie van woningbouw binnen de bestemming "woondoeleinden klasse II" binnen een strook van 200 meter vanuit de Overijsselseweg en derhalve als geluidsscherm zal moeten fungeren"Overigens willen wij niet nalaten op te merken, dat bedoelde bebouwing met een geluidwerende functie (uiteraard) als zodanig geen deel uitmaakt van de door Gedeputeerde Staten verlangde planaan passing Wij achten deze bezwaren ongegrond. Bezwaarschrift van de heer F. Boonstra. Reclamant maakt bezwaar tegen de aansluitingen op de Goutu merdyk en vooral tegen de aansluiting welke "het huizen- stramien tussen perceel Goutumerdyk 20 en 22 zal doorbre ken" Daarbij verwijst reclamant naar zijn in dit bezwaar schrift opgenomen reacties op zowel de (hiervoor reeds ge noemde) hoorzitting als op het antwoord dat gegeven is op de door hem tijdens deze hoorzitting ingediende schrifte lijke reactie. Blad 7 Voorts heeft hij bezwaar tegen de toename van de verkeers intensiteit op de Goutumerdyk en meent reclamant dat de ontsluiting tegenover de Tilbarten zal leiden tot: gevaar voor de verkeersveiligheid, "onderbreken van het huizenstramien en lostrekken van de tuinen"onveiligheid als gevolg van baldadigheid en criminaliteit, ernstige aan tasting van de privacy, verlies van grond, waardeverminde ring en het creëren van een hondentoilet. Naar aanleiding van deze bezwaren merken wij het volgende op. Zowel in de inleiding als in de reactie op het bezwaar schrift van de heer De Vries, zijn wij reeds ingegaan op de stedebouwkundig gewenste en verantwoorde ontsluiting van deelgebied 1 en de gewijzigde bestemming die op de Goutu merdyk is gelegd. Daarbij is tevens vermeld, dat door deze gewijzigde bestemming van de Goutumerdyk, het verkeer on dergeschikt blijft aan de verblijfsfunctieHierdoor, en door het eventueel nemen van verkeersremmende maatregelen (bij eventuele klachten betreffende verkeersoverlast) blijft de verkeersfunctie beperkt. De aansluiting naast het perceel van reclamant (Goutumerdyk 22) is gewijzigd van een volwaardige auto-ontsluiting in een fietspad en een voetpad. Hierdoor wordt tevens voorko men dat er eventueel een sluiproute ontstaat. Gelet op het vorenstaande, en hetgeen hieromtrent in de toelichting bij het bestemmingsplan is vermeld (met name in de Reactie op de conclusie van de vergadering/inspraak) menen wij dat van een toename van de verkeersintensiteit op de Goutumerdyk nauwelijks sprake zal zijn. De tijdens de hoorzitting gesuggereerde ontsluiting via het bedrijventer rein rechtstreeks op de Brédyk, is niet alleen uit stede- bouwkundige overwegingen, maar ook uit overwegingen van wering van geluidhinder niet acceptabel. Zoals wij hiervoor reeds hebben aangegeven, heeft bedoelde bebouwing een af schermende werking (uit een oogpunt van geluidhinder) voor de achterliggende woonbebouwing; deze bebouwing zal als geluidsscherm kunnen en moeten gaan fungeren. Door de voor gestelde ontsluiting zou een "gat" in de bebouwingswand langs de Brédyk ontstaan, waardoor de functie van geluids scherm zou worden aangetast, en een deel van de woningbouw in het achterliggende gebied niet gerealiseerd kan worden. Het feit dat de bebouwing langs deze kant van de Goutumer dyk door dit pad wordt onderbroken (en de betreffende tui nen niet meer aan elkaar grenzen), zien wij niet als een bezwaar. Het pad vormt veeleer een logische en verantwoorde grens tussen de reeds bestaande (oudere) woningbouw en de nieuwbouw aan de westkant van de Goutumerdyk.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1994 | | pagina 26